CD Recensies

MOZART: SYMFONIEËN (BIJNA COMPLEET)

Mozart: Symfonieën nr. 1 in Es KV 16, 4 in D KV 19/19a, 6 in F KV 22/42a. Deens kamerorkest o.l.v. Adam Fischer. Dacapo DR 6.220536 (54’). 2012

Mozart: Symfonieen nr. 9 in C KV 73, 44 i D KV 81, 47 in D KV 97, 45 in D KV 95, 11 in D KV 84, 10 in G KV 74. Deens kamerorkest o.l.v. Adam Fischer. Dacapo DR 6.220538 (53’57”). 2010

Mozart: Symfonieën nr. 12 in G KV 110, 46 in C KV 96, 13 in F KV 112, 14 in A KV 114. Deens Kamerorkest o.l.v. Adam Fischer. Dacapo DR 6.220539. (54’06”). 2009

Mozart: Symfonieën nr. 15 in G KV 124, 16 in C KV 128, 17 in G KV 129, 18 in F KV 130. Deens omroeporkest o.l.v. Adam Fischer. Dacapo DR 6.220540 (58’36). 2006

Mozart: Symfonieën nr. 19 in Es KV 132, 20 in D KV 133, 21 in A KV 134, 26 in Es KV 184. Deens Radio Sinfonietta o.l.v. Adam Fischer. Dacapo DR 6.220541 (67’46”). 2007

Mozart: Symfonieën nr. 27 in G KV 199, 22 in C KV 162, 23 in D KV 181, 24 in Bes KV 182, 25 in g KV 183. Deens kamerorkest o.l.v. Adam Fischer. Dacapo DR 6.220542 (65’09”). 2009

Mozart: Symfonieën nr. 29 in A KV 201, 30 in D KV 202, 28 in C KV 200. Deens Kamerorkest o.l.v. Adam Fischer. Dacapo DR 6.220543 (67’10”). 2010

Mozart: Symfonieën nr. 35 in Es KV 385 Haffner en 38 in D KV 504 Praagse. Deens kamerorkest o.l.v. Adam Fischer. Dacapo DR 6.220545 (53’). 2013 

Mozarts 41 (+ 42-46 en 55) symfonieën vormen slechts een gedeelte van zijn enorme hoeveelheid orkestwerken, maar wel een belangrijk gedeelte. Het is een haast verbluffende hoeveelheid werk, vooral wanneer men bedenkt dat Mozart in tegenstelling tot Haydn niet onder omstandigheden werkte waarin alles wat hij schreef werd betaald en uitgevoerd. En toch vormen, ook in tegenstelling tot Haydn, Mozarts symfonieën geen groot aandeel in zijn werken. Het eerste twaalftal bestaat uit vrij gewichtloze scheppingen van een rijk begaafd knaapje en zelfs in de symfonieën uit de middenperiode zijn nog sporen te vinden van een broodschrijver. Dat kan pleiten tegen de aanschaf van de integrale reeks, tenzij men een manie voor volledigheid heeft.

Pas met nr. 29 en vanaf nr. 35 wordt het echt de moeite waard en van deze latere werken bestaan al legio opnamen. In 1968 was Karl Böhm (DG 453.231-2) die op 10 cd’s de volledige reeks leverde. Latere initiatieven werden ondernomen door Trevor Pinnock (Archiv 471.666-2, 11 cd’s), Jeffrey Tate (EMI 585..589-2, 12 cd’s), Mackerras (Telarc) en Ward (Naxos). Deels bescheiden op oude instrumenten, deels door kamerorkesten in de gangbare traditie.