Obrecht: Missa caput; Salve regina vier- en zesstemmig; Venit ad Petrum. Oxford camerata o.l.v. Jeremy Summerly. Naxos 8.553210 (69’12”). 1995

Jacob Obrecht was een van de belangrijkste meesters uit de vijftiende eeuw en daarmee een schakel tussen Ockeghem en Josquin. Over het leven van deze tijdgenoot van Erasmus is niet zoveel bekend. Enige nationale trots is best gerechtvaardigd want hij was een van de weinige ‘echt’ Nederlandse muzikale grootheden tijdens de Renaissance.

Men is ervan overtuigd dat veel werk van Obrecht verloren is gegaan. Het manuscript van de Missa Caput restte aan het hof in Ferrara, maar dateert mogelijk al van veel vroeger uit zijn tijd in Brugge. Composities als deze worden gekenmerkt door een grote mate aan esprit en een frisse originaliteit.

Ook de meeste missen van Obrecht zijn gebouwd om een cantus firmus van wereldlijke of geestelijke oorsprong, maar hij gebruikt zijn thema’s steeds op een andere wijze. De ene keer is de complete melodie in ieder misdeel te horen, een andere keer klinkt de eerste frase in het Kyrie, de tweede in het Gloria en zo verder.

De beide toonzettingen van het Salve regina zijn gebaseerd op de gelijknamige, bekende Gregoriaanse melodie en worden uitgevoerd in z.g. alternatim vorm. Op de heel stijlvolle, homogene verklankingen van het hele programma is niets aan te merken. Mooier kan haast niet, gelijkwaardige of mooiere alternatieven zijn niet voor het oprapen, temeer omdat de in de kapel van Herford College in Oxford het geheel zo’n prachtige akoestische ambiance verlenen.