CD Recensies

PURCELL: FANTASIEËN NR. 1-12, ROSE CONSORT

Purcell: Vierstemmige Fantasieën nr. 4 in g Z. 735, 5 in Bes Z. 736, 7 in c Z. 738, 8 in d Z. 739, 9 in a Z. 740, 10 in e Z.741, 11 in G Z. 742 en 12 in d Z. 743; Driestemmige Fantasieën nr. 1 in d Z. 732, 2 in F Z. 733 en 3 in g Z 734;  Fantasie op één noot in F Z. 745, Zesstemmig In nomine in g Z. 746; Zevenstemming Dorisch In nomine Z. 747. Rose consort of viols. Naxos 8.553957 (53’06”). 1995

 

Ondanks zijn helaas korte leven was Henry Purcell (1659-1695) de belangrijkste Engelse componist, niet alleen van zijn eigen tijd, maar ook van de twee eeuwen die volgden. Hij verwerkte Franse en Italiaanse invloeden in zijn muziek, maar bleef in essentie toch Engels, vooral in zijn pikante en avontuurlijke harmonieën die nergens duidelijker uitkomen dan in zijn uitzonderlijke reeks van vijftien Fantasieën.

Deze Fantasieën zijn wonderlijk retrospectief in naam en stijl en toen Purcell ze schreef, had Karel II net de nieuwste Franse mode op het gebied van dansen, gambamuziek en weelderig uitgedoste voorstellingen ingevoerd.

Ze zijn geschreven voor gamba ensemble met ouderwetse tempoaanduidingen als ‘kwiek’ en ‘moeizaam’ en ze bevatten heel subtiele contrapunten.

Bij herhaald beluisteren wordt steeds meer duidelijk – thema’s in imitatie, op zijn kop, in langere of kortere notenwaarden, verhoogd of verlaagd.

Drie hebben drie partijen, negen vier partijen en nog eens drie respectievelijk vijf, zes en zeven. De laatste twee gebruiken een toonzetting van het Latijnse In nomine met lang aangehouden noten en dermate vloeiende contrapunten dat het geluid heel natuurlijk klinkt.

Met name de Fantasie voor vijf partijen is bizar; de tenorpartij bestaat uit een enkele aangehouden noot, waardoor niet gamba spelende musici konden meespelen met ervaren musici.

Het uit John Bryan, Alison Crum, Sarah Grosmer, Roy Marks en Susanna Pell met waar nodig Jacob Heringman en Andrew Kern bestaande Rose consort of viols laat intellectuele foefjes niet in de weg staan van expressiviteit en puur genot in deze vertolkingen. Vooral de imiterende delen worden benadrukt zodat het contrapunt zich duidelijk aan de luisteraar toont.