CD Recensies

POPOV: KAMERSYMFONIE; SYMFONIE NR. 1

Popov: Kamersymfonie voor 7 instrumenten in C op. 2; Symfonie nr. 1 op. 7. St. Petersburgs staats symfonie orkest o.l.v. Alexander Titov. Northern Flowers NF PMA 9996 (73’33”). 2009

 

Niet zelden leidt het Rotterdamse Gerviev Festival tot leuke ontdekkingen. Zo dirigeerde hij in september 2017 de Kamersymfonie voor zeven instrumenten (kortom: een septet) van Gavriil Nikolaevich Popov (1904-1972). Die bewuste 7 instrumenten zijn fluit (Natalia Danilina), klarinet (Oleg Tchastikov), fagot (Andrei Simonov), trompet (Mikhail Druzhinin), viool (Natalia Malkova), cello (Julia Molchanova) en contrabas (Lyudmila Khoteeva).

Het blijkt een heel aantrekkelijk, niet te zwaar vierdelig werk uit 1927 te zijn waarin de instrumentalisten alle gelegenheid krijgen om zich alleen en samen te profileren. Van die gelegenheid maakt dit zevental met mooie toon en zwierige voordracht dankbaar gebruik.

De Symfonie nr. 1 is uit 1935, uit de periode dat Shostakovitch met zijn Symfonie nr. 4 moeite kreeg met het regiem. Dat overkwam ook Popov. Na de eerste uitvoering werd het werk meteen verboden en hij kreeg het zijn hele leven niet meer te horen.

Het gaat ook om een bijzonder werk. Men stelle zich voor brokjes van extatische Scriabin, expressionistische Schönberg en een door de vroege Hindemith geïnspireerde Shostakovitch en je krijgt als mengsel een echte Popov. Geen wonder dat het werk een eenzame plaats inneemt in de muziekgeschiedenis. Maar het getuigt ook bij vlagen van een grote verbeeldingskracht.