Prokofiev: Vioolconcerten nr. 1 in D op. 19 en 2 in g op. 63. Rudolf Koelman met het Musikkollegium Winterthur o.l.v. Douglas Boyd. Challenge CC 72736 (49’50”). 2016
Goed om letterlijk weer eens iers van de door Herman Krebbers en Jascha Heifetz geschoolde Rudolf Koelman die vanuit Zwitserland even een wat ongelukkige periode als concertmeester van het Concertgebouworkest van 1996-1999 achter zich heeft te horen.
Eerder maakte hij onder meer opnamen van de Vioolconcerten nr. 1 en 2 van Paganini (Challenge CC 72343), werkjes van Kreisler (ARS FCD 368.317), de drie Vioolsonates van Brahms (ARS 368.320), de 24 Capriccio’s van Paganini (Wiediscon WD 7790) en Vivaldi’s Vier jaargetijden (ARS FCD 368.347).
In beide werken laat hij veel moois en goeds horen. Maar waar het erop aankomt is in Prokofievs Vioolconcert nr. 1 na een goed getroffen eerste deel het scherzo wat te weinig fel en kantig en de finale had best wat lyrischer, verdroomder mogen uitvallen.
In het door de componist bewust ‘heel andere’ Vioolconcert nr. 2 uit 1935, terug in Rusland, ligt de sfeer van emotionele doorzichtigheid Koelman goed en terecht domineert hij het muzikale gebeuren wat krachtiger. Hij maakt duidelijk dat het tweede deel met zijn lange, klaaglijke melodie, tot de hoogtepunten van Prokofievs scheppingen behoort en ook het door de dans geïnfecteerde laatste deel geeft hij de juiste inhoud,
Ik zou blij zijn Koelman zo een avond te horen. Maar de concurrentie is enorm en hevig.
Wie Prokofiev op zijn best in de Vioolconcerten wil horen, is tenslotte toch nog beter af met Vengerov (Warner 0927-49567-2), Guzman (BIS SACD 2142), Mullova (Onyx ONYX 4142) en Shaham (DG 447.758-2).