Popma van Oevering: Suittes voor ’t clavier nr. 1-6; Het Sneker klok spel. Bob van Asperen. Aeolus AE 10144 (74’23”). 2016
In de meeste gedrukte media zoals muziek naslawerken is niet zoveel over de Friese onderwijzer, componist en theoloog Reijnold Popma van Oevering (1692-1781).Maar wie meer over hem wil weten, kan gelukkig op Wikipedia terecht. Hij was langer ‘vergeten’ dan zijn tijdgenoot graaf Unico Wilhelm van Wassenaer (1692-1766) die pas een muzikaal gezicht kreeg nadat rond 1960 werd ontdekt dat de aan Pergolesi toegeschreven, in 1740 gecomponeerde zes Concerti armonici van hem waren.
De invloed van Popma van Oeverings Suite opus 1 in Amsterdam in 1710 schijnt voor tijdelijke beroemdheid van de Fries te hebben gezorgd. Het verhaal gaat dat Bach er zelfs door zou zijn geïnspireerd bij het schrijven van zijn Engelse suites. Een verwantschap tussen beide valt niet te ontkennen.
Merkwaardig is wel dat Popma van Oeverring niet meer heeft gecomponeerd dan wat hier is samengebracht, want talent en een eigen, vernieuwende stem had hij zeker. En dat hij dat al voor zijn twintigste deed, is ook nogal uitzonderlijk.
Afwisselend gespeeld op klavecimbel, het Christiaan Müller orgel van de Jacobijnerkerk in Leeuwarden dat de componist vertrouwd was en het Eijsbouts carillon van het stadhuis in Roermond zorgt Bob van Asperen voor zeer kundige en stijlvolle verklankingen.
Fijn dat dit aan het schaarse Nederlandse, pardon Friese repertoire is toegevoegd.