CD Recensies

PROKOFIEV: VIOOLSONATES NR. 1 EN 2; LIEDEREN ZONDER WOORDEN, PIETSCH

Prokofiev: Vioolsonates nr. 1 in f op. 80 en 2 in D op. 94bis; Liederen zonder woorden op. 35bis nr. 1-5. Franziska Pietsch en Detlev Eisinger. Audite 97.722 (68’38”). 2015

 

Het aantrekkelijke van de beide Vioolsonates ligt onder meer besloten in het feit dat ze zo’n verschillend karakter hebben. Aan nr. 1 begon de componist in 1938, maar zijn werk daaraan werd onderbroken door voorrang vereisende, omvangrijke projecten als  de muziek bij Eisensteins film Alexander Nevsky, de opera Semyon Kotko en het Assepoester ballet. Of dat sporen naliet in die sonate? Wat ontstond is een tamelijk kil werk dat eerder van enig pessimisme dan van zure humor getuigt

Met zijn zonniger, lyrischer karakter is de Vioolsonate nr. 2, de op verzoek van Oistrakh gemaakte bewerking van de Fluitsonate uit 1943 die in 1946 gereed was. Ook de vijf Liederen zonder woorden zijn een bewerking, in dit geval van materiaal dat hij oorspronkelijk voor sopraan Nina Koshetz schreef.

Van de vele opnamen van de beide sonates die in omloop zijn = daaronder die van de Nederlandse dames Isabelle van Keulen, Janine Jansen en Maria Milstein- maakte vooral die van Alina Ibragimova en Steven Osborne (Hyperion CDA 67514) die hetzelfde programma speelde veel indruk. Maar Franziska Pietsch en Detlev Eisinger doen doen niet voor hen onder. Dat mag rustig als een groot compliment worden opgevat. Waaruit bestaan de verschillen in aanpak?

Ibragimova plaatst deze muziek eerder in de wat koele, overzichtelijke wereld van Stravinsky, terwijl Pietsch met fellere, dramatischer vertolkingen zich eerder op Shostakovitch lijken te oriënteren. Bij haar krijgt de muziek meer urgentie, een zwaardere lading. Waar Ibragimova in het andante van Sonate nr. 1 een vrij luchtige onschuld begeleidt, graaft Pietsch wat dieper onder het oppervlak en ook de finale heeft bij Ibragimova iets uitgelatens, terwijl Pietsch ook op zoek gaat naar duisterder trekken.

De als mooie toegift gespeelde instrumentale liederen doet het in beide gevallen heel goed. Als opname klinkt de Hyperion cd wat natuurlijker, bij Pietsch klinkt de kerkgalm wat veel door. Maar in beide gevallen gaat het om de best denkbare interpretaties.