Palestrina: Salve regina; Assumpta est Maria a 6; Missa Assumpta est Maria; Ave regina caelorum; Tot pulchra es; Vulnersti cor meum; Sicut lilium inter spinas’ Diffusa est gratia. The sixteen o.l.v. Harry Christophers. Coro COR 16091 (64’10”). 2011
Palestrina: Hodie Christus natus est; Christe, redemptor omnium; Magnificat quiti toni; Tui sunt coeli; Reges Tharsis; Missa Hodie Christus natus est; Osculetor me; Trahe me post te; Nigra sum; O magnum mysterium. The sixteen o.l.v. Harry Christophers. Coro COR 16105 (67’34”). 2012
Palestrina: Stabat mater a 8; Ad coenam agni providi; Viniam meam non custodivi; Si ignoras te; Pulchrae sunt genae; Regina caeli; Improprium expectavit; Confitebor tibi Domine; Terra tremuit; Missa Regina caeli a 5. The sixteen o.l.v. Harry Christophers. Coro COR 16106 (70’30”). 2012
Palestrina: Missa O magnum mysterium; A solis ortus cardine; Jubilate Deo omnis terra a 8; Ad te levavi; Ave regina caelorum; Fascirculus myrrhae; Ecce tu pulchra es; Introduxit me rex; Magnificat in quinti toni; Deus enim firmavit; Surge illuminare Jerusalem. The sixteen o.l.v. Harry Christophers. Coro COR 16114 (71’53”). 2013
Palestrina: Dum complementur; Loquebantur variis linguis; Veni creator spiritus; Iam Christus astra ascenderat; Missa Iam Christus astra ascenderat; Veni sancte spiritus; Laeva ejus sub capite meo; Vox dilecti mei; Surge, propera amica mea; Magnificat quarti toni. The Sixteen o.l.v. Harry Christophers. Coro 16124 (63’52”). 2014
Palestrina: Parce mihi, Domine; Peccantem me quotidie; Si ambuvalero in medio tribulationes; Super flumia Babylonis; Surge amica mea; Dilectus meus mihi; Surgam et circibo civitatem; De profundus clamavi; Missa L’Homme armé; Tribularer s nescirem. The Sixteen o.l.v. Harry Christophers.Coro COR 16133 (72’18’). 2015
Palestrina: Angelus Domini; Ave Maria Stella; In diebus illis mulier; Beata Mariae Magdalenae; Beate Barbara; Aduro vos filiae ierusalem; Caput ejus aurum; Dilectus meus descendit; Susanna ab improbis; Veni sponsa Christ; Missa Ave regina caelorum. The Sixteen o.l.v. Harry Christophers. Coro COR 16155 (72’01’). 2017
Giovanni Pierluigi da Palestrina *1525-1594) werd waarschijnlijk geboren in het gelijknamige stadje in de heuvels op 40km van Rome, waar hij het grootste deel van zijn leven doorbracht. Nadat hij een poos als koorzanger aan de Santa Maria Maggiore kerk in Rome had gediend, keerde hij in 1544 naar Palestrina terug om organist van de Sant’ Agapito kathedraal te worden. Hij zou vermoedelijk in provinciale obscuriteit zijn geraakt als niet de bisschop van Palestrina in 1551 tot paus Julius III was gekozen en hem had aangesteld als maestro di cappella aan de Cappella Giulia, een van de koren die in de st. Petrus dom zong.
Palestrina zong ook in de Sixtijnse kapel en schreef zijn bekende Missa papae Marcelli voor de nieuwe paus Marcellus II. Nadat hij kort daarop werd ontslagen omdat hij getrouwd was (het koor bestond uit alleen vrijgezellen) werkte hij vijf vrij vruchteloze jaren aan de vrijwel armlastige Sint-Jan van Lateranen kerk voordat hij werd benoemd aan de Santa Maria Maggiore. Tegen 1571 was hij dermate bekend dat de aristocratie prijs ging stellen op zijn werk.
In 1571 werd hij opnieuw benoemd aan de Cappella Giulia, waar hij tot zijn dood aan verbonden bleef.
De dood van zijn vrouw in 1580, nadat zijn beide zonen al eerder waren overleden, deden hem haast besluiten om priester te worden, maar hij hertrouwde met een in de bonthandel rijk geworden weduwe en sleet zijn laatste levensjaren in comfortabele omstandigheden.
Zijn gewijde muziek werd geschreven tijdens een heel traumatische periode van de katholieke kerk. Niet alleen als gevolg van de Reformatie, maar ook omdat de vorm van de gewijde muziek ter discussie stond. Volgens critici was deze al te bewerkelijk geworden zodat de muziek te zeer de tekst overstemde.
De bisschop van Modena stelde zelfs voor om terug te keren naar het gregoriaans. Van Palestrina wordt wel gezegd dat hij de kerkmuziek destijds voor de polyfone vorm redde. Met de Missa Papae Marcelli schijnt hij het pleit te hebben gewonnen. Dat gegeven was de aanleiding voor Pfitzners opera Palestrina.
Hoewel dat deels een legende is, schuilt er een kern van waarheid in. Aanvankelijk assimileerde Palestrina de technieken van de grote Frans-Vlaamse componisten als Desprez, maar hij ontwikkelde daaruit een eenvoudiger stijl waarin polyfonie en homofonie vermengd raakten. Muziek waarin de individuele partijen melodisch verschillen, maar ritmisch synchroon zijn.
Hoewel Palestrina ook heel wat madrigalen schreef, bestaat zijn oeuvre voor het veruit grootste deel uit gewijde muziek. Naast de 104 Missen zijn er ten minste 250 Motetten en 7 toonzettingen van het Magnificat.
In 2011 stelde Harry Christophers zich met zijn ensemble tot taak om in een langer lopend project veel van Palestrina’s werk vast te leggen. Het programma van iedere bijdrage is gevormd rond een mis en meestal ook rond een kerkelijke feestdag. Hymnes, een Magnificat, wat Motetten en delen uit het Hooglied zijn vaste bestanddelen. Eerbetoon aan Maria in de Motetten speelt daarin ook een grote rol.
Een van de doeleinden van Christophers is naar eigen zeggen om een hoge mate aan eb en vloed te bewerkstelligen in muziek die soms wat te volmaakt en te academisch klinkt. Dat is hem op het tot nu toe zevental plaatjes uitstekend gelukt. De vertolkingen klinken heel levendig in zowel verbaal als muzikaal opzicht en de klank van zijn gemende koor, bestaande uit achttien stemmen is warm en transparant. Er wordt licht en flexibel gefraseerd in mooi vloeiende, aangename tempi. Slechts bij uitzondering maakt een te traag tempo dat een verlies aan definitie optreedt. Zou dit als geheel fijn geslaagde geheel zijn wat Palestrina voor ogen (en oren) stond? In ieder geval hoort zijn kerkmuziek zo sober en verstaanbaar te worden uitgevoerd.