Pixis: Grand piano trio nr. 1 in Es op. 75; Pianotrio nr. 3 in b op. 95; Trio concertant nr. 1. Leonore pianotrio. Hyperion CDA 68207 (64’54”). 2016
De naam Johann Peter Pixis (1788-1874) doet niet onmiddellijk vermoeden dat we met een Duitse componist te maken hebben die weliswaar van 1825 tot 1845 in Parijs als pianist werkzaam was. Hij was een van de zes componisten die in 1837 meewerkte aan Hexaméron van Liszt en leverde bijdrage nr. 3 en leverde de Diabellivariatie nr. 31 Chopin droeg zijn Fantasie over Poolse melodieën aan hem op.
Pixis schreef ten minste zeven pianotrio’s met de vleugel vrij dominant in de hoofdrol. Het idioom is geheel in de stijl, heeft charme en vertoont hier en daar volksmuziek invloeden, zoals in het tweede deel van Trio nr. 1 dat ook een virtuoos in prestissimo eindigend presto heeft.
Ernstiger van inslag is Trio nr. 3 het een dartel scherzo als hoogtepunt. Grappig is het Moorse karakter van de finale.
Het Trio concertant nr. 1 bestaat uit een reeks aardige variaties op een thema uit de opera Le colporteur van Onslow en neigt in de richting van hoogwaardige salonmuziek.
Leonore trio met Benjamin Nabarro (v), Gemma Rosefield (vc) en Tim Horton (p) vormen het Engelse Leonore trio, dat ook al een fijne opname maakte van de drie Pianotrio’s van Lalo (Hyperion CDA 68113). Op de soms even wat te scherp worden toon van de violist na zijn de vertolkingen zeer geslaagd.
Howard Shelley maakte een opname van Pixis’ Pianoconcerten in C op. 100 en Concertino in f op. 5 (Hyperion CDA 67915).