Paganini: Caprices op. 1 nr. 1-24 (bew.); Say: Paganini-jazz (bew.). Niklas Liepe (v), Nils Liepe (p), Omroeporkest Saarbrücken o.l.v. Gregor Bühl. Thomas Schreiber (cb), Jochen Ille (drums) en Michael Gärtner (vibraf.). Sony 190758-2325-2 (1u. 44’26”). 2017
De opmerking van de Duitse violist Niklas Liepe dat Paganini met zijn Caprices de violist voor een vrijwel onmogelijke opgave stelt, wordt gelogenstraft door de vele opnamen die de laatste tijd van het werk weerden gemaakt: Rachel Barton Pine (Avie AV 2374), James Ehnes (Onyx 4040), Francesca Dego (DG 481.0025), Julia Fischer (Decca 478.2274), Augustin Hadelich (Warner 2957-28229). Van sommige Caprices, zoals ‘La risata’, bestonden wel bewerkingen met pianobegeleiding, maar Liepe gaat een stuk verder en grijpt terug op de gedurende de romantiek gangbare manier om werken voor soloviool door piano te laten begeleiden. Schumann en Kreisler leverde daarvoor bijdragen. Liepe riep Andreas Tarkmann te hulp voor orkestraties en probeerde meer stilistische diversiteit te bereiken door iets van luchtige Leroy-Andersson te bereiken, Bastin Bund brengt er eentje op de dansvloer, Tobias Rokahr zorgde voor versterking van het Trance effect, Sidney Corbett voor een soort gebedsfeer en Stephan Koncz voor wat Mahleriaanse Weltschmerz in de bekende laatste Caprice voordat een samba band voor een vrolijk slot zorgt.
Met de 8’10” durende bijdrage van Fazil Say daalt het niveau van het geheel wel enigszins. Intussen verdient Niklas Liepe best veel waardering voor zijn interpretaties. Maar beschouw deze eerder als een interessant extraatje dan als een alternatief. Voor bovengenoemde solistische bijdragen.