Pfitzner: Liederen 3. Ich ruf zu Dir op. 11/1, Ich aber weiß op. 11/2; An die Mark op. 15/3; Abendrot op. 24/4; Abbitte op. 29/1, Herbsthauch op. 29/2, Die Stille Stadt op. 29/4; Sehnsucht nach vergessen op. 30/1, Denk es, o Seele op. 30/30/3; Liebeslieder op teksten van Ricarda Huch op. 35; Lieder op. 40 nr. 1-6; Die schlanke Wasserlilie WoO. 14; Weihnachtslied WoO. 3. Tanja Ariane Baumgartner (ms), Britta Stallmeister (s), Kinderkantorei der Christuskirche Freiburg en Klaus Simon (p). Naxos 8.573081 (58’41”). 2018

Wie aan Hans Pfitzner (1869 - 1949) denkt en zijn wat dubieuze oorlogsverleden vergeet, wordt vooral herinnerd aan zijn mooie opera Palestrina, mogelijk ook aan zijn Pianoconcert, maar niet zozeer aan zijn rijke liederenschat die op Wikipedia helemaal niet wordt genoemd. Toch maakten Dietrich Fischer-Dieskau en Karl Engel in de lp tijd al een opname van de 17 Eichendorfieder (EMI 065-29036) die hij in 1975 herhaalde met Wolfgang Sawallisch (Orfeo C 185891 A) en zong Edda Moser met Erik Werba 6 Liederen (EMI 063-29052, in 1996 heruitgeven op cd 565.777-2).

In de derde tranche van de volledige Naxosreeks wordt geen chronologische volgorde aangehouden, maar worden als cd première wel 23 liederen uit de periode 1901-1933 geïntroduceerd.

Daarin wordt aangetoond welke sleutelrol de componist speelde in de ontwikkeling en de betekenis van het Duitstalige lied in de eerste helft van de twintigste eeuw. Allerlei onderwerpen van Kerstmis en de natuur tot de liefde passeren de revue in levendige, kleurige schilderingen op vaak treffende melodieën.

Tanja Ariane Baumgartner en Britta Stallmeister nemen ieder een deel van de taak op zich en krijgen in het Weihnachtslied uit 1902 dat in 1933 werd herzien steun van een kinderkoor. Mooi begeleid door Klaus Simon zorgen ze voor een vrijwel optimale en aangenaam afwisselende vertolking. Dit is een belangrijk project dat leemten vult.