Prokofiev: Verhaal van een waarachtig mens op. 117. Yevgeny Kibkalo (b., Alexei), Glafira Deomidova (a., Olga), Georgi Shulpi (t., Mikhailo), Vera Smirnova (a., Vasilissa), Mark Reizenstein (bs., Vasily Vasilevich) e.a. met het Ensemble van het Bolshoi theater o.l.v. Mark Ermler. Chandos CHAN 10002 (2 cd’s, 1u., 52’48”). 1961
Het is een teken van Prokofievs genialiteit dat zelfs wanneer hij propagandamuziek schreef voor zijn Sovjet meesters zijn originaliteit nooit verstek liet gaan. Zijn laatste opera, Verhaal van een waarachtig mens, ontstond in een periode waarin Stalins hevigste zuivering van de kunsten door de gevreesde Andrei Zhdanov plaatsvond.
De handeling is gebaseerd op een novelle van Boris Polevoy waarin het verhaal wordt verteld van de Soviet gevechtspiloot Andrei die achter de Duitse linies gewond wordt neergeschoten en achttien dagen terugsluipt naar zijn vaderland. Daar wordt hij als een held onthaald en hervat hij zijn loopbaan als piloot.
Stalin was zeer gesteld op die novelle en Prokofiev koos, aangemoedigd door zijn vrouw Mira Mendelson dit veilige verhaal voor een opera waarvoor hij niet zou worden gekapitteld. Desondanks werd de eerste opvoering uitgesteld en kwam het werk pas jaren na Prokofievs dood in 1960 voor het eerst in het theater. Deze opname uit 1961 ontleende Chandos aan een Moskouse Bolshoi voorstelling.
Daarin blijkt dat zelfs de begaafde Prokofiev van de hoofdrolspelers niet veel meer dan bordkartonnen figuren kon maken. Maar een goede timing en wat slimme coupures van Mendelson helpen en afgezien van wat tenenkrommende propagandistische momenten is het werk best de moeite waard.
Net zoals zijn op Tolstoi’s Oorlog en vrede gebaseerde opera, begint ook deze met een vaderlandslievende hymne, gevolgd door een lange monoloog waarin de tocht terug van Alexei wordt beschreven. Er is ook een duet als droomscène met zijn verloofde Olga als hij verlangend naar haar foto kijkt.
Heel slim en handig gebruikt de componist filmische technieken die hij leerde van zin vriend en collega filmregisseur Sergei Eisenstein voor de films Alexander Nevsky en Ivan de Verschrikkelijke.
Een salvo schoten en de landing van een vliegtuig zorgen voor extra sfeer. Ook echo’ s uit Nevsky in de soli voor de verpleegster en uit Oorlog en vrede en het ballet Romeo en Julia (in de wals) dragen bij aan verhoging van de sfeer. Er zijn verder koren en dansen, tot een uitbundige rumba toe.
De uitvoering wordt gedragen door de uitstekende leiding van Mark Ermler en de briljante zang van Yevgeny Kibkalo als Alexei. Een hoogtepunt is wanneer hij lyrische arioso passages zingt in zijn rehabilitatie monoloog die uitmondt in een mooi duet met de grote bas Mark Reizenstein als chirurg. Ook de andere Bolshoibassen zijn bijzonder goed. In de merkwaardig kleine rol van de andere heldin Olga klinkt jammer genoeg nogal scherp.