Porpora: Arianna in Nasso. Tiziana Fabbricini (s., Arianna), Anna Maria di Micco (ms., Teseo), Damiana Pinti (s., Antiope), Marita Paparizou (ms., Onoro) en Christophorus Stambolis (bs., Piritòo) met het Orchestra Sinfonici di Savona o.l.v. Massimiliano Carraro. Bongiovanni GB 2250/1 (2 cd’s, 2u. 25’21:). 1999
Het lot van Ariadne die door Theseus in de steek werd gelaten nadat ze hem had geholpen om uit het labyrinth te ontsnappen naar Naxos en haar ontmoeting met Bacchus, die verliefd op haar is waarna ze voor altijd gelukkig voortleeft, is onderwerp geweest voor heel wat componisten: Monteverdi, A. Scarlatti, Händel, Haydn, R. Strauss. Wat vergeten daartussen zijn Nicolò Porpora (1686 - 1768) en Johann Georg Conradi (1645 - 1699).
De opera van Porpora werd de eerste keer in 1733 in Londen opgevoerd en zal ook zijn grote rivaal Händel veel onverwacht moois hebben laten horen. Dit is de eerste volledige opname daarvan, een zaalopname uit oktober 1999.
Daarnaar luisteren wekt gemengde gevoelens. Christophorus Stambolis heeft een fraaie, warme bas als Pintóo en Damiana Pinti is een bloeiende schoonheid als innemende Antiope maar de stem van Tiziana Fabbricini in de titelrol vertoont wat slijtageverschijnselen en ze zingt wat eendimensionaal. Daarbij komt dat Anna Maria di Micco als Teseo erg eentonig zingt en niet volmaakt zuiver zingt en niet steeds goed uit haar coloraturen komt.
Voeg daarbij dat de begeleiding ook niet erg geïnspireerd klinkt en we hebben te maken met een provinciale gebeurtenis die een niet zo goede dag heeft. Maar ja: er is niet anders…..