Pasquini: Sonates voor 2 klavecimbels nr. 1 - 15. Marina Scaioli en Francesco Tasini (kl). Tactus TC 631804 (79’33”). 2019
Bernardo Pasquini (1637 - 1710) schreef zijn Sonates voor twee klavecimbels in 1704, enige tijd voordat zijn landgenoot Domenico Scarlatti dat deed met zijn Sonates voor 2 klavecimbels K. 81 en K 88/91. Daar is een opname van met Ilario Gregoletto en Elena Modena (Newton 8802116, 2 cd’s, 1993).
Het zijn werken in de kenmerkende Italiaanse stijlvan het eind van zeventiende en het begin van de achttiende eeuw en het zijn goede voorbeelden van de stile parimento praktijk waarbij de basso continuo voor een stevige basis zorgde. Dat gaat hier zover, dat de beide vertolkers zelf grotendeels moeten zorgen dat een goed compositorisch geheel ontstaat. Dat vereist een improviserend vermogen. Daarover beschikken Marina Scaioli en Francesco Tasini in ruim voldoende mate, vandaar dat ze minstens zo goed overtuigen als in de eerdere opname van Attilio Cremone en Alessandro de Marchi (Pan Classics PC 10247) uit 1993.
Marina Scaioli en Francesco Tasini gebruiken hiervoor kopieën van twee oude Italiaanse instrumenten: de ene van Giovanni Ferrini uit 1725 en de andere van Roberto en Federigo Cresci uit 1778.