CD Recensies

PROKOFIEV: PIANOCONCERTEN NR. 1-5, TORADZE

Prokofiev: De 5 pianoconcerten: nr. 1 in des op. 10, 2 in g op. 16, 3 in C op. 26, 4 in Bes op. 53 en 5 in G op. 55. Alexander Toradze met het Kirov orkest o.l.v. Valery Gergiev. Philips 462.048-2 (2 cd’s, 133’46”). 1995/6

 

Ook al vormen de vijf pianoconcerten geen reeks werken met een uniform hoge standaard, ze bieden genoeg verbeeldingsvol vuur en pianistische brille om ook in de zwakste momenten de aandacht geboeid te houden De nummers 1, 3 en 4 weerstonden de tand des tijds het beste.

Toradze, die in 1977 een tweede prijs won op het Van Cliburn concours is altijd vereerd èn verguisd vanwege zijn verschroeiende bravura. Zijn wilde haren is hij blijkens deze vertolkingen bepaald nog niet kwijt. Met zijn vurige temperament en tomeloze inzet en met Gergiev als kennelijk gelijkgestemde partner die in staat is zijn solist op een avontuurlijke reis door deze werken met allerlei eigenzinnige wijzigingen van karakter en vaart goed te volgen, zorgt hij voor een stimulerende, opwindende ervaring. Aan adrenaline geen gebrek. De concerten flitsen met een hoge dynamische lading voorbij als vooral motorisch sterke uitingen vol kleur. In het eerste concert lijkt Toradze de vleugel eerder als een aambeeld te zien, toch ademt het middendeel mooi rust. Het mooist uit de serie slaagde echter het tweede concert in al zijn vrijelijk geuite somberheid (het werk ontstond na de zelfmoord van Prokofievs vriend en pianist Schmitgov); het werk krijgt hier zelfs een sinister karakter. Ook het vierde – linkerhand – concert laat fraaie pianistische acrobatiek horen en het elan van het vijfde komt ook onmiskenbaar over. Relatief het minst geslaagd is het bekende derde concert.

Wie het allemaal teveel pek en zwavel is, moet te rade gaan bij Ashkenazy (Decca 452.588-2) of Krainev (Teldec 3984-21038-2), maar zelf keer ik regelmatig en graag terug naar Toradze en Gergiev.