CD Recensies

PUCCINI: TURANDOT

Puccini: Turandot. Joan Sutherland (s), Luciano Pavarotti (t), Montserrat Caballé (s), Nicolai Ghiarov (bs) met het jongenskor van de Wandworth school, het John Alldis koor en het Londens filharmonisch orkest o.l.v. Zubin Mehta. Decca 414.274-2 (2 cd’s, 1u 57’21”). 1972

 

Puccini: Turandot. Birgit Nilsson (s), Franco Corelli (t), Renata Scotto (s), Bonaldo Giaiotti (bs) met het Ensemble van de Opera Rome o.l.v. Francesco Molinari-Pradelli. EMI 769.327-2 (2 cd’s, 1u 51’17”). 1965

 

Pavarotti’s inbreng van Nessun Dorma was een geweldige keuze als herkenningsmelodie van de World Cup in 1990, maar deze keuze gaf het grote publiek wel een verkeerd idee van de opera waaraan de aria was ontleend.

Turandot is een groots, maar onplezierig werk omdat het weer eens een duidelijk voorbeeld is van Puccini’s voorkeur voor geweld tegen vrouwen. De handeling speelt in Peking in ‘legendarische’ tijden. De boosaardige prinses Turandot kondgt aan dat ze wil trouwen met de eerste man die een drietal van haar raadsels oplost. Falende kandidaten zullen worden onthoofd. 

De afgezette koning van de Tartaren, Timur, herkent zijn zoon Calaf in een menigte die is samengestroomd om getuige te zijn van een van die onthoofdingen. Timur is in gezelschap van het slavenmeisje Liù die op Calaf verliefd is. Maar Calas is op zijn beurt verliefd op Turandot en hij besluit om die raadsels op te lossen.

Turandot drijft de spot met Calafs aanzoek en is heel ongelukkig wanneer hij de raadsels oplost. In een ongewoon genereus aanbod vertelt Calaf aan Turandot dat wanneer zij voor het aanbreken van de volgende dag zijn naam raadt, ze hem alsnog mag doden.

Prompt geeft Turandot opdracht om massa executies uit te voeren wanneer zijn naam niet tijdig aan haar bekend wordt, dus het volk keert zich tegen Calaf. Liù en Timur worden gevangen genomen, maar Liù zegt dat ze liever zelfmoord pleegt dan de naam van haar geliefde prijs te geven. Calaf bekent vervolgens zijn liefde voor Turandot en weet haar ijzige hart te laten smelten.

De partituur uit 1926 toont Puccini’s absorptie van toen belangrijke muzikale ontwikkelingen (Debussy en Schönberg zijn in de orkestpartijen herkenbaar), maar Turandot is niettemin nog een werk met een romantische signatuur. Het bevat prachtige gedeelten, los van Calafs Nessun Dorma: Calafs Non piangere, Liù met Principessa di morte bijvoorbeeld en Turandots In questa reggia, een van de krachtigste en ijzigste aria’s ooit voor een dramatische sopraan. 

Exotische melodieën en harmonieën te over, opnieuw duidelijke Leitmotiven. Maar het ontbreekt wel enigszins aan dramatische samenhang en het sadisme dat uit het werk spreekt kan een onaangename nasmaak nalaten.

De Decca opname uit 1972 was een van Pavarottis eerste opnamen in zwaarder repertoire, maar behoort ook tot zijn beste. Zijn makkelijke, pure en natuurlijke stem mankeert het misschien wat aan gewicht maar hij zingt uiterst muzikaal. Sutherland zong Turandot nooit op toneel en net als bij Pavarotti komt haar stem beter tot zijn recht in lichter materiaal. Maar ze brengt het er niettemin uitstekend van af. Caballé’s Liù heeft bij vlagen misschien iets te theatraals, maar ze zorgt voor een duidelijke karaktertekening. De rest van de bezetting voldoet heel goed en het orkest speelt prachtig.

De opname met Nilsson en Corelli werd vier jaar na hun serie opvoeringen in de New Yorkse Met gemaakt. Corelli is een geweldige, heel emotionele Calaf een der beste ooit. De combinatie met de heel krachtige, kille Nilsson zorgt voor een optimaal resultaat. Molinari-Pradelli had hooguit de touwtjes wat strakker in handen mogen houden, maar hij fraseert en kleurt de muziek mooi.

Waarom ontbreekt Callas (EMI  556.307-2) hier? Ze voldoet eens wat minder als ijsprinses en haar Calaf (Fernandi) valt nogal tegen. Dan liever Ricciarelli, Domingo, Hendricks, Karajan (DG 423.855-2) en een andere opname van Nilsson met Björling, Tebaldi en Leinsdorf (RCA RD 85932).