Rore: Missa Doulce mémoire; ‘O altitudo divitiarum’; ‘Fratres: Citote’; ‘Illuxit nunc sacra dies’; Missa A note negre. Brabant ensemble o.l.v. Stephen Rice. Hyperion CDA 67913 (74’36”). 2012
Rore: Missa Doulce mémoire; ‘Parce mihi’; ‘Agimus tibi gratias’; ‘Infelix ego’. Laudantes consort o.l.v. Guy Janssens. Sonamusica SONA 1504 (54’03”). 2014
Van de in Vlaanderen geboren, maar zijn werkzame leven in Italië doorbrengende Cipriano de Rore (ca. 1515-1565) zijn vooral zijn madrigalen, ruim honderd in getal, bekend. Daarmee oefende hij veel invloed uit het zestiende eeuwse muziekleven door de contrapuntische chromatische schrijfwijze, die onder meer model stonden voor latere componisten als Monteverdi en Gesualdo.
Maar de Rore componeerde heel wat meer: een Johannes Passie, ruim tachtig motetten en net zekerheid vijf missen die waarschijnlijk bestemd waren voor zijn taak aan het hof van Ferrara. Het gaat bij deze missen om vijfstemmige toonzettingen gebaseerd op Franse chansons uit zijn tijd.
Twee van die missen, zogenaamde parodiemissen komen hier tot klinken, waarbij de Missa A note negre (zwarte noten mis) is afgeleid van een chanson van de Rore zelf. Dat ‘zwarte noten’ slaat natuurlijk niet op de dito klaviertoetsen, maar op korte notenwaarden.
Fijn dat nu behalve de Missa Praeter rerum seriem nu ook drie missen meer aan het repertoire zijn toegevoegd. Te horen is hoe zijn muziek gedurende zijn leven steeds expressiever werd en hoe de tekstduiding steeds belangrijker werd.
De in tweevoud verschenen Missa doulce mémoire is gebaseerd op een tophit uit die tijd van Pierre Regnault dit Sandrin (ca. 1490 – na 1561).
De naam Brabant koor is in zoverre verwarrend dat het hierbij niet om een Belgisch, maar om een jong Engels koor uit Oxford gaat dat op heel erudiete wijze en met veel toewijding de polyfone structuren openlegt en poëtisch invult. Om zo volgens eigen zeggen ‘een nieuwe expressieve muzikale streektaal recht te doen’.
Het Laudantes consort is wel van Belgische origine en beschikt als geheel over een donkerder klanktimbre. Door een niets lager tempo te kiezen is gezorgd dat details iets duidelijker uitkomen.
Op beide cd’s is het programma aangevuld met vol uitdrukking gezongen motetten die elkaar nauwelijks overlappen. Hoewel een speelduur van slechts 54 minuten wel erg kort is, verdient de mooi opgenomen Sonamusica cd in interpretatief opzicht de voorkeur ware het niet dat Hyperion ook zeer overtuigt met twee missen. Lastige keuze, maar een miskoop is het in geen van beide gevallen.