Ravel: Gaspard de la nuit; Jeux d’eau; Sonatine M. 43; Pavane pour une infante défunte; À la manière de Alexander Borodine; À la manière de Emmanuel Charbrier. Stefan Vladar. Capriccio C 5260. (49’18”). 2015
Het is interessant te ervaren wat de Oostenrijkse pianist Stefan Vladar van Ravel maakt. Om daar achter te komen is het goed om het belangrijkste werk, Gaspard de la nuit, als uitgangspunt te kiezen. Dan valt het resultaat helaas wat tegen. Met het voldoen aan de zware pianotechnische eisen die het werk stelt, heeft Vladar nauwelijks moeite, Ook de vormgeving klopt aardig, maar het is de inhoud die tekort komt in een nogal oppervlakkig aandoende verklanking. Het toucher bezit weinig finesse, dynamische contrasten zijn onvolledig aangebracht. Het erg snel, maar (daardoor?) contrastarm uitvoerde ‘Scarbo’ is in dit opzicht exemplarisch. Al het belangrijk typisch elegant gallische van Jeux d’eau is ver te zoeken en de sonatine verloopt nogal instabiel en zonder enige bekoring. De Pavane en de beide À la manières de slaagden het beste, maar dat is toch wat mager.
Het blijkt opnieuw dat lieden als Aimard (Warner 2564-621160-2), Argerich (EMI 557.101-2), Pogorelich (DG 463.678-2), Rogé (Decca 440.836-2) en Thibaudet (Decca 433.515-2) de betere Ravelvertolkers zijn.