CD Recensies

RAMEAU: TEMPLE DE LA GLOIRE, LE

Rameau: Temple de la gloire, Le. Judith van Wanroij (s), Katia Velletaz (s), Mathias Vidal (t) Chantal Santon Jeffery (s),  Alain Buet (bs) met Les Agrémens en het Namens kamerkoor o.l.v. Guy van Waas. Ricercar RIC 363 (2 cd’s, 2u. 04’10”). 2015

 

Het schijnt dat er van opéra-ballet Le temple de la gloire uit 1745 nog geen volledige opname bestond, dus werd het hoog tijd voor deze uitgave. Het op verzoek van hertog Richelieu geschreven werk is alleen al bijzonder omdat Voltaire het libretto schreef en daarbij enigszins van de oorspronkelijke bedoeling afweek door in plaats van daarmee de viering van de overwinning van Lodewijk XV in Fontenay tijdens de Oostenrijkse Successieoorlog de tempel van de glorie te veranderen in de tempel van het algemene geluk. Het was tevens de bedoeling van Voltaire om de Franse opera te hervormen en het minder op liefdesperikelen en meer op spektakel te richten. Dat paste Rameau wel en hij zorgde daarvoor met mede van zijn mooiste muziek en een uitgebreid orkest. Na Versailles ontkwam hij er echter niet aan om voor Parijs in 1746 toch wat interesse voor liefdeslyriek te tonen.

In de proloog proberen Jaloezie en een groep demonen de tempel te bezetten. Dat wordt verhinderd door Apollo en een stel helden. De rest van het werk bestaat uit drie min of meer op zichzelf staande aktes. In elk daarvan gaat het om een figuur die tracht opgenomen te worden in de Tempel van de glorie. De eerste is de onaangename oorlogsheld Belus, de tweede is de pleziertjes minnende Bacchus. Beiden worden afgewezen. Dan is het de beurt aan de Romeinse keizer Trajanus die wordt geaccepteerd en die de tempel wijdt aan het algemene geluk. Logisch dat we Lodewewijk (met zijn maîtresse Madame de Pompadour) hier als Trajanus moeten zien.

Dat we zolang niets van deze compositie wisten, komt omdat de partituur eeuwenlang zoek was.

Intussen boffen we dat we nu via een in vrijwel alle opzichten zeer mooi gelukte opname kennis kunnen maken met ditv werk. We horen de bas Alain Buet als Jaloezie en als de verschrikkelijke Belus, de gevoelvolle, mooi karakteriserende sopraan Judith van Wanroij zowel als de door Belus afgewezen prinses Lydia als de vrouw van Trajanus Plautina. Het haute-contre Matthis Vidal kruipt fraai zingend in de huid van Apollo, Bacchus en Trajanus, Maar ook beide andere solisten, Katia Velletaz en Chantal Santon-Jeffery doen eveneens in verschillende rollen daar niet voor onder. Koor en orkest onder Guy van Waas – die koos voor de versie 1746 - zorgen dat het feest compleet is. Jammer haast dat het na twee uur voorbij is, maar heel goed dat het nu in optima forma herhaald kan worden beluisterd. De presentatie in een rijk geïllustreerd hardcover boekje maakt het geheel nog waardevoller.