Rachmaninov: Moments musicaux op. 16 nr. 1-6; Corellivariaties in d op. 24; Scriabin: Mazurka’s in f op 25/1, in C op. 25/2, 3 in e op. 25/3 en in Des op. 40/1’; Pianosonates nr. 5 in Fis op. 53 en 9 op. 68 ‘Zwarte toetsen’. Maria Lagutina. Gallo CD 1502 (76’39”). 2005
Bij toeval krijg je soms een markante cd in handen. In dit geval gaat het om de Russische pianiste Maria Lagutina. Ze koos voor een niet simpel, voor de hand liggen programma met veeleisende muziek. Dat spitst zich bij Rachmaninov nog niet zozeer toe op de smaakvol gespeelde Moments musicaux van Rachmaninov die met veel gevoel voor het idioom worden voorgedragen, vergelijk maar met Luganski (Erato 8573-85770) en Marshev (Danacord DACOCD 525), maar in de veel lastiger Corellivariaties, één opusnummer verwijderd van de veel populairder Paganinivariaties. De subtiele manier waarop Lagutina het thema inzet, bepaalt het verdere verloop. Haar briljante verklanking bereikt daarna hoogtepunten in de extraverte variaties nr. 11, 16 en 18.
Dan Scriabin. In diens Pianosonate nr. 5 uit 1907 weet de pianiste mooi meteen de heftige, dissonante openingsmaten die grommend opwellen mooi neer te zetten. Technische problemen lijkt ze niet te kennen en net als bijvoorbeeld Ashkenazy in zin volledige opname (Decca 425.570-2) en Vorontsova (STH 141609-2) weet ze deze borderline muziek getrouw vorm en inhoud te geven. Ook het viertal wat verdwaalde Mazurka’s lukte mooi. Dat doet verlangen naar meer van deze geheimzinnige pianiste. Het gaat - zeker deels wat Scriabin betreft - om behoorlijk geslaagde zaalopnamen.