Reichardt: Die Geisterinsel. Ulrike Staude (s., Miranda), Romelia Lichtenstein (s., Ariel), Barbara Hannigan (s., Fabio), Markus Schäfer (t., Fernando), Ekkehard Abele (bs., Prospero) met de Rheinische Kantrei en Das kleine Konzert o.l.v. Hermann Max. CPO 777.548-2 (2 cd’s, 2u. 32’45”). 2002

Behalve Johann Friedrich Anton Fleischmann, Friedrich Haack en Johann Rudolph Zumsteeg (1760-1802) componeerde ook de uit Koningsbergen afkomstige Johann Friedrich Reichardt (1752-1814) een opera (of Singspiel) op basis van Shakespeares The tempest met enige coupures en toevoegingen. Zumsteegs werk is te vinden op Carus 83.229.

Goethe was vol lof over Die Geisterinsel, een werk dat hij omschreef als ‘een meesterwerk van poëzie en taal’ en dat werd onderschreven door hertog Carl August die Saxen Weimar regeerde.

Reichardts werk in drie aktes ging in 1789 in Berlijn in première en beleefde daar tot 1825 wel vijfenvijftig opvoeringen om daarna snel vergeten te worden. De muziek klinkt haast Mozartiaans. Het liefdespaar Miranda en Fernando en de tovenaar Prospero spelen hier een belangrijke rol in en de ensembles dreigen wat te domineren. Ulrike Staude is een heel wendbare Miranda, Markus Schäfer een zeer capabele Fernando, Romelia Lichtenstein een bevredigende Ariel en ook de Prospero van Ekkehard Abele kan er goed mee door. Gelukkig zorgt ook Hermann Max voor behoorlijke begeleiding.

Merkwaardig dat deze opname tien jaar onuitgegeven bleef en opvallend dat Barbara Hannigan er als een puike Fabio (een travestierol) in meezingt. In die tijd was achttiende eeuwse muziek zeker niet vreemd voor haar.