CD Recensies

RISTORI: CALANDRO

Ristori: Calandro. Egbert Junghanns (b., Een filosoof), Jan Kobow (t., Alceste, de leider van de tempelherders), Martin Wölfel (altus, Neandro, zijn zoon), Maria Jones (ms., Agide, als herder verklede Licisco), Britta Schwarz (a., Clizia, verloofde van Agide) met de Batzdorfer Hofkapelle o.l.v. Stephan  Maass en Stephan Rath. KammerTon OP. 5/97 (72’53”). 1997 

Als zoon van de destijds beroemde toneelspeler Tomaso Ristori kwam Giovanni Alberto Ristori (1692 - 1773) terecht aan het hof in Dresden waar hij zich als een bekwaam componist ontpopte. Net als zijn naaste collega’s Jan Dismas Zelenka en Johann Adolph Hasse was Ristori daar een veelgevraagd musicus aan de hofkapel.

Maar hij was tevens de leider van een operagezelschap dat in dienst was van de koning van Polen en de keurvorst Augustus II van Saksen in Dresden, d at wel werd uitgeleend aan tsarin Anna van Rusland.

Tegenwoordig geniet hij weinig bekendheid meer omdat veel van zijn manuscripten bij de beruchte, door een bombardement in 1945 aan het eind van W.O. II veroorzaakte grote brand verloren gingen. Behalve zijn Mis in C (Matthias Jung, CPO 555.200-2) is het aardig aan hem herinnerd te worden met een zeer werelds werk. In 1726 werd namelijk de opera buffa in 22 delen Callandere voor het eerst in slot Pilnitz bij Dresden opgevoerd met dertien acteurs en negen zangers.

Het is een Daphnis-achtig herdersverhaal en hoe dat ongeveer moet hebben geklonken, wordt hier treffend en op uniform behoorlijk niveau aangetoond.