Roussel: Évocations op. 15 nr. 1-3; Résurrection op. 4 ‘D’après Tolstoi’. Nicolai Gedaa (t), Nathalie Stutzmann (a), José van Dam (b) met Orféon Donostiarra en het Capitole orkest Toulouse o.l.v. Michel Plasson. EMI 565.564-2 (57’49”). 1986
Roussel: Évocations op. 15 nr. 1-3; Pour une fête de printemps op. 22’ Suite in F op. 33. Kathryn Rudge (ms), François de Roux (b) met het Birmingham symfonie orkest koor en het BBC filharmonisch orkest o.l.v. Yan Pascal Tortelier. Chanos CHAN 10957 (70’45”). 2017
Dit tweetal cd’s biedt een goede mogelijkheid om Albert Roussel (1869 - 1937) aan de hand van enige van zijn onbekendere werken van een andere kant te leren kennen. Het gaat om Évocations voor alt, tenor, bariton, gemengd koor en orkest uit 1911, Résurrection voor orkest uit 1903, het symfonisch gedicht Pour une fête de printemps uit 1920 en de Suite uit 1926.
Zeker buiten Frankrijk is de naam van Roussel wel bekend en gerespecteerd, maar zijn muziek is er helaas zelden te horen. Hij was een tijdgenoot van Ravel maar had weinig met hem gemeen. Een zekere verwantschap is er wel met Vincent d’Indy die ook buiten de impressionistische wereld bleef en die zijn belangrijkste mentor was op de Schola cantorum.
Het symfonische voorspel Résurrection is een opwindend werk dat is gebaseerd op een verhaal over passie en spijt van Tolstoi. Het drieluik Évocations werd geïnspireerd door een reis die de componist en zijn vrouw in 1909 naar India maakten. De drukke straten van Jaipur, avondstemming aan de oever van de Ganges vormen onderwerpen en in het laatste deel zingt José van Dam een tekst van Calvocoressi. Op beide uitgaven wordt mooi gezonden en zowel Michel Plasson als Yan Pascal Tortelier zorgen voor geïnspireerde begeleidingen.