Raff: Sanges-Frühling nr. 1-30 op. 98; Maria Stuart, ‘Ein Cyclus von 12 Gesängen op. 172. Noëmi Nadelmann (s), Barbara Kozelj (ms), Thomas Oliemans (b) en Jan Schultsz (p). Divox CDX 20807/7-6 (2 cd’s, 1u., 45’00”). 2011

De eerste dertig tussen 1855 en 1863 gecomponeerde liederen van Sanges-Frühling van de in Zwitserland geboren Duitser Joseph Joachim Raff (1822 -  1882) hebben een zeker verband met zijn in 1859 gesloten huwelijk. De helft gaat over de liefde in zijn vele aspecten, de rest over andere romantische onderwerpen.

Voor een door Liszt geholpen autodidact schreef hij veel mooie muziek en behoorde hij tot de geliefde componisten, maar na zijn dood verbleekte zijn ster vrij gauw. Wanneer we nu naar deze liederen luisteren, valt op dat ze allerminst een anonieme indruk maken maar best substantie hebben. Het idioom is laatromantisch.

De kortere cyclus van 12 liederen Maria Stuart is uit 1872 en voert ons naar de zestiende eeuwse Engels-Schotse successieoorlogen rond Maria Stuart. Beide werken verschijnen voor het eerst op cd.

Ze worden gezongen door de Zwitserse sopraan Noëmi Nadelmann, de Sloveense mezzo Barbara Kozelj en de Nederlandse bariton Thomas Oliemans. Vooral beide laatstgenoemden leveren heel mooie bijdragen, Noëmi Nadelmann zingt wat wisselvalliger. De begeleiding van de Amsterdammer Jan Schultsz draagt precies bij wat van hem wordt verlangd.