Rezniček: Donna Diana. Manuela Uhl (s., Donna Diana), Max Wittges (bs., Don Diego), Heike Wittlieb (s., Donna Laura), Susanne Kreusch (ms., Donna Fenisa), Raman Sadnik (t., Don Cesar), Hans-Jürgen Schöpflin (t., Don Louis), Matthias Klein (bs., Don Gaston), Simon Pauly (b., Perin) en Anne-Carolyn Schlüter (ms., Floretta) met het Operakoor KIel en het Kieler filharmonisch orkest o.l.v. Ulrich Windfuhr. CPO CPO 999.991 (2 cd’s, 1u., 51’12”). 2003
Wie behalve de nog wel eens te beluisteren ouverture de hele komische opera Donna Diana uit 1894 van Rezniček wil horen, heeft daartoe maar één mogelijkheid dankzij deze opname. De intrige handelt over een strijd tussen liefde en trots onder een aantal Spaanse adellijke personen. Daarin moet de zeer verliefde prins Don Cesar tot zijn wanhoop zien dat zijn beminde Donna Diana als dochter van de heersende graaf van Barcelona onberoerd blijft onder de liefdesbetuigingen van al haar minnaars. Zelf overwint hij in alle toernooien en dus uiteindelijk ook Diana. Dat de liefde tenslotte wint is van meet af aan bekend. De actie verloop vlot
In esthetisch opzicht, maar ook in stijl en orkestratie heeft het werk veel van Puccini. Kwetterende fluiten, andere uitbarstingen van de blazers en pakkende ritmen versterken het komische, goed Spaanse karakter. Wat hooguit ontbreekt zijn boeiende aria’s en duetten of trio’s. Ensembles domineren. Alleen Floretta zingt in de derde akte een mooi lied.
Alle deelnemende zangers maken een sterke indruk, gelukkig na een wat moeizaam begin van met name Manuele Uhl in de titelrol en Roman Sadnik als Don Cesar. Ook Simon Pauly als Perin is erg goed, maar staat in deze ‘live’ opname wat te ver van de microfoons. In de beginscène schitteren trompetten achter de Bühne.
De opname klinkt warm en sfeervol met wel enige onvermijdelijke bijgeluiden.