Ravel: Prélude; Valses nobles et sentimentales; Le tombeau de Couperin; A la manière de Borodine; A la manière de Chabrier; Menuet sur le nom de Haydn; Pavane pour une infante défunte; Sonatine M. 43. Ann Martin-Davis. Guild GMCD 7825 (68’42”). 2019
De Britse pianiste Ann Martin-Davis die eerder meewerkte aan een opname van alle werken van Lutoslawski waaraan een piano te pas komt (ASV CD DCA 1046) en aan een opname met de liederen van Peter Pope (Nimbus NI 6135) maakte onder de titel Le langage des fleurs een keuze uit de pianowerken van Ravel, waarbij ze een voorkeur toonde voor ook wat minder bekende stukken.
Bij de samenstelling hiervan ging ze te rade bij prof. Michael J. Puri, de auteur van het boek Ravel the decadent: Memory, Sublimation and Desire. (Oxford University Press, 2011 ISBN 978-0-19-973537-2), waarin deze Ravel nog in late, decadente negentiende eeuw plaatst. Dat verklaart hij nader in de toelichting bij deze uitgave.
Zo te horen heeft de pianiste zich deze muziek grondig eigen gemaakt. Dat blijkt uit haar heldere, vrij droge voordracht die doorgaans goed past en bevalt, hooguit wat afstandelijk klinkt (maar was Ravel zelf niet ook nogal afstandelijk?). Dat valt vooral op in het nogal nuchter gespeelde A la manière de Borodine. Maar de overige werken slaagden voorbeeldig, met de heel inzichtelijk uitgevoerde Pavane en de Sonatine als hoogtepunten. De titel over de taal der bloemen is wat raadselachtig.