Rameau: Acante et Céphise (suite); Les fêtes d’Hébé (suite). Orkest van de achttiende eeuw o.l.v. Frans Brüggen. Glossa GCD 921103 (66’38”). 1997 

 

Fijne herinneringen aan het in 1981 door Frans Brüggen, Lucy van Dael en vrienden opgerichte Orkest van de achttiende eeuw zijn van blijvende aard. Behalve voor muziek van Purcell, Bach, Haydn, Mozart, Beethoven, Schubert, Mendelssohn en Chopin van wie het nodige werd opgenomen, ging Brüggens belangstelling vooral uit naar Jean-Philippe Rameau (1683 - 1764). Van hem nam hij tussen 1986 en 2000 de Orkestsuites uit Les indes galantes (1735), Castor et Pollux (1737), Les fêtes d’Hébé en Dardanus (1739), Naïs en Zoroastre (1749), Acante et Céphise (1751) en Les Boréades (1763) op, aanvankelijk op Philips. Samen is dat materiaal daarna uitgebracht op Glossa GCD 921125. Het meeste daarvan werd in deze rubriek besproken, maar Acante et Céphise en Les fêtes d’Hébé ontbraken. Rameauspecialist Wim ten Have stelde de Suites samen.

De Pastorale, waarin de natuur en de magie een belangrijke rol speelden, was een geliefde vorm in het zeventiende en achttiende eeuwse Frankrijk omdat deze veel gelegenheid bood om te dansen, waar aan het hof van Lodewijk XIII en XIV, zelf goede dansers, dankbaar van gebruik werd gemaakt. De houtblazers spelen een belangrijke rol in dergelijke muziek, waarschijnlijk zeer tot vreugde van Brüggen. In de Tambourins en Menuetten wordt fraai gekwinkeleerd.

Ook in  Les fêtes d’Hébé laat een ensemble met piccolo’s, fluiten, musette, hobo’s, fagotten, trompetten en slagwerk zich mooi horen. De live opnamen werden in Utrechts Vredenburg gemaakt en klinken heel fris.