CD Recensies

RACHMANINOV: PIANOTRIO NR. 2

Rachmaninov: Pianotrio nr. 2 in d op. 9 Trio élégiaque; Shostakovitch: Pianotrio nr. 2 in e op. 67. Dmitri Makhtin, Alexander Kniazev en Boris Berezovsky. Warner 2564-61937-2 (79’28”). 2004

 

De schaduw van Tschaikovsky ligt over het trio van Rachmaninov. Diep onder de indruk van Rachmaninovs De rots bood Tschaikovsky aan de première van dat werk in januari 1894 te dirigeren. Na Tschaikovsky’s dood in oktober dat jaar schreef Rachmaninov dit trio ‘ter herinnering aan een groot kunstenaar’, net zoals Tschaikovsky eerder een trio ter herinnering aan een andere grote kunstenaar, Nikolai Rubinstein had geschreven. En ook hier is een substantieel variatiedeel om een thema uit De rots. Het is lyrisch gevarieerd in de geest van Tschaikovsky’s elegie. Aanvankelijk had de componist het beginthema van de piano op een harmonium willen laten spelen, maar gelukkig zag hij daarvan af.

Van dit werk – meestal gecombineerd met het eerste trio – bestonden mooie opnamen van het Borodin trio (Chandos CHAN 8431) en het Moskou’s Rachmaninov trio (Hyperion CDA 67178) maar deze nieuwe versie overtreft ze in menig opzicht, al was het maar omdat het Russische drietal de zwakke kanten van het werk zo mooi camoufleert. De piano speelt de hoofdrol maar hoe belangrijk Berezovsky zijn partij ook maakt, hij domineert geen moment.

Van Shostakovitch’ tweede trio op zijn beurt hadden we de beschikking over heel mooie opnamen van Leonskaja met leden van het Borodin kwartet (Teldec 8573-87820-2), Mustonen, Bell en Isselis (Decca 452.899-2) en Argerich, Kremer en Maisky (DG 459.326-2) en ook hier bestaat geen twijfel dat het ensemble op deze cd mee het hoogst scoort.