CD Recensies

RAMEAU: DARDANUS

Rameau: Dardanus. John Mark Ainsley (Dardanus), Véronique Gens (Iphise), Laurent Naouri (Anténor) Mireille Delunsch (Vénus), Françoise Masset (L’amour, un plaisir), Magdalena Kozena (Une bergère), Jean-François Lombard (Un songe) e.a. met Les musiciens du Louvre en koor o.l.v. Marc Minkowski. Archiv 463.476-2 (2 cd’s, 155’43”). 1998

 

In 1980 maakte Raymond Leppard aan de Parijse Opéra een opname van Rameau’s derde tragédie en musique met Von Stade, Gautier, Van Dam, Eda-Pierre, Soyer e.a. (Erato 4509-95313-2) maar dat was eigenlijk slechts behelpen bij gebrek aan beter. De daardoor heersende leemte is met deze nieuwe, levendig historiserende uitvoering meteen uitstekend gevuld. Om het werk dat in 1739 in première ging en dat in 1744 is herziene vorm opnieuw werd uitgevoerd echt op het toneel te brengen, is erg moeilijk door de opzet van het stuk. Gelukkig speelt dat bij een studio opname geen rol.

Minkowski keerde in essentie terug tot de eerste uitgave, maar kon niet nalaten een paar nummers van de latere versie te integreren. Daaronder de prachtige monoloog ‘Lieux funestes’ van de geketende Dardanus aan het begin van de vierde akte, door de dirigent beschouwd als ‘de mooist haute-contre aria ooit’.

Nadeel van zo’n enkele studioproductie kan zijn dat de uitvoerenden geen voorafgaande toneelervaring hebben en ter plekke de handeling moeten suggereren en het dramatische kader moeten vullen. Dat lukt over het geheel goed en gelukkig vliegen regelmatig vonken over. Naouri is een waar toonbeeld van de ongelukkige Anténor, Gens toont noblesse en is ontroerend als een door de liefde verscheurde Iphise, Delunsch is een krachtige Venus, Kozena een pittig herderinnetje en Ainsley een waardige Dardanus.
Maar haast het fijnste deel van het werk wordt gevormd door de vele dansen en die worden al heel levendig en stijlvol gespeeld. Zelfs de klavecimbelsolo Les nais de Sologne duikt in de derde akte op.

De mengeling van teerheid en levendigheid die Minkowski in het werk injecteert, is precies juist en ook de storm uit de vierde akte raast met alle barokke hevigheid. Mooi ook dat het geheel in goede kwaliteit paste op twee rijk gevulde schijfjes.