Rossini: La donna del lago: ‘Tanti affetti’; Guillaume Tell: ‘ Ils s’éloignent enfin’; Semiramide: ‘Bel raggio lusinghier’; Otello: ‘Assisa a’ pie d’un salice’; La Cenerentola: Sinfonia; ‘Della fortuna istabile…. Nacqui all’affano’; L’sassedio di Corinto: ‘L’ora fatal s’apressa’. Julia Lezhneva (s) met Sinfonia Varsovia en Warschau’s kamer operakoor o.l.v. Marc Minkowski. NaïveV5221 (57’57”). 2010
De jonge Russische sopraan Julia Lezhneva (Joehno-Sachalinsk 1989) studeerde aanvankelijk in Moskou, kwam met een beurs naar het Westen, ontwikkelde zich verder in Cardiff, volgde masterclasses bij Bonynge, Rizzi, Te Kanawa, Cotrubas, Obraztsova en Berganza, belandde daarna in 2008 aan de Accademia Rossiniana in Pesaro bij Zedda en zal daar haar geschiktheid als Rossinivertolkster wel hebben opgedaan.
Het oordeel: prachtige, heldere stem , heel grote virtuositeit, vokaaltechnisch geheel opgewassen tegen de materie die ze op deze eerste staalkaart ten gehore brengt, daarbij ondersteund door een temperamentvolle, maar ook goed ondersteunende dirigent en een alert orkest. In zoverre is het puur genieten geblazen. Waar het nog wat aan ontbreekt is een geschakeerde expressie en het uitdiepen van de gegeven rollen. Wachten we op haar deelname aan een volledige opera opname.