Rimsky-Korsakov: Kwintet voor piano en blazers in Bes Rubinstein, A., Kwintet voor piano en blazers in F op. 55. Wolfgang Sawallisch (p) met het Residenz kwintet München. Calig CAL 50898 (61’35”). 1990
Rimsky-Korsakov: Kwintet voor piano en blazers in Bes; Glinka: Gran sestetto originale in Es. Capricorn. Hyperion CDA 66163 (54’36”). 1984
Pianokwintetten met blazers – in het geval van Rimsky met fluit, klarinet, hoorn en fagot – zijn een niet veel voorkomend genre. Door de hobo in te wisselen tegen de fluit gaat het werk verder terug tot de kwintetten voor piano en blazers van Mozart en Beethoven.
Het is misschien niet zo’n wonder dat dit kwintet klinkt als een hommage aan het Weense classicisme. In zoverre past het werk niet in het kader van de muzikale sprookjesverteller.
Anton Rubinsteins kwintet uit 1855/60 is er een van de twee die hij componeerde; het werk is veel meer Westers georiënteerd dan dat van Rimsky. Hij vermeed ook al het folkloristische tendensen en raakt eerder aan de fantasierijke, romantische elementen van een Schumann. Hij vermeed duidelijk de nationale school van Balakirev.
Wolfgang Sawallisch behoorde met Leonard Bernstein tot de beste pianospelende dirigenten en hij verzamelde wat blazers uit zijn Münchense orkest om samen te zorgen voor twee treffende, meeslepende vertolkingen die fraai zijn geregistreerd.
Ook het Engelse ensemble Capricorn ontfermt zich over Rimsky en doet zulks met evenveel overtuigingskracht, koos alleen een andere koppeling. Het sextet voor piano, strijkkwartet en contrabas van Glinka dateert uit 1832 en blijkt een heel aantrekkelijk werk te zijn, zeker wanneer het met zoveel aplomb wordt gespeeld als door Capricorn. De inbreng van pianist Julian Jacobson is heel gevat en lichtvoetig. De opname klinkt gedetailleerd en present met hooguit de vleugel een beetje teveel op de achtergrond.