Rachmaninov: Muziek voor twee piano’s. Symfonische dansen op. 45 nr. 1-3; Suites nr. 1 op. 5 Fantaisie-tableaux en 2 op.17; Duetten voor piano vierhandig op. 11 nr. 1-6; Romance voor piano zeshandig; Wals voor piano zeshandig’ Rapsodie voor 2 piano’s Rhapsodie russe. Martha Argerich, Anton Gerzenberg, Daniel Gerzenberg, Nelson Goerner, Alexander Mogilievsky, Gabriela Montero en Lilya Zilberstein. Warner 2564-62359 (2 cd’s, 1u. 58’44”). 2003/9
Wat Martha Argerich en haar vrienden tijdens de Lugano festivals in de jaren 2003 tot 2009 aan repertoire van Rachmaninov uitvoerden, verscheen goeddeels al in de die jaren door EMI gemaakte compilaties: de Suite nr.1 op EMI 267.051-2, de Suite nr. 2 op EMI 358.472-2, de 6 Duetten op EMI 562.970-2 en de Wals plus de Russische rapsodie op EMI 607.367-2.
Maar niet alleen zijn de Symfonische dansen en de Romance hier nieuw, dit is ook de eindelijk volledige opname van alle werken voor twee piano’s van Rachmaninov. Maar minstens zo belangrijk is dat het op zo’n superieure manier is gelukt deze werken op een hoog niveau te tillen.
Argerich is natuurlijk de hoofdfiguur en zij neemt de grootste, tevens belangrijkste werken voor haar rekening: de die Symfonische dansen en de beide Suites. Dat doet ze als ervaringsdeskundige, want de Dansen legde ze voordat deze opname met Nelson Goerner werd gemaakt al eerder in 1983 vast met Nicholas Economou (DG 410.616-2), in 1991 met Alexander Rabinowich (Teldec 9031-74717-2) en in 2009 met Nelson Freire (DG 477.8570). Iets dergelijks geldt voor beide Suites, Over beide beschikten we reeds met die Teldec opname met Alexander Rabinowitch en wat nr. 2 aangaat sinds 1982 over een uitgave met Nelson Freire (Philips 446.557-2).
Het gaat om ‘live’ opnamen uit de Luganese Stelio Moto zaal die akoestisch goed in orde is. Gelukkig speelt Goerner genuanceerder en kleuriger dan zijn voorgangers zodat in de Dansen echt winst is geboekt. Lilya Zilberstein is een echte nachtegaal in het nachtdeel van de eerste Suite, terwijl Gabriela Montero mogelijk wat pittiger kan kunnen ageren om Argerich gelijkwaardig te antwoorden in de Tweede.
De zes Duetten zijn een ware trouvaille en dat geldt feitelijk ook voor de curieuze zeshandige werken die vrijwel nooit het concertpodium halen en waarvoor Argerich even het podium verliet om plaats te maken voor de anderen. In de Wals is Zilberstein vergezeld door haar twee zoons; in de Russische rapsodie heeft ze Alexander Mogilevsky als partner.