CD Recensies

BEETHOVEN: BAGATELLEN OP. 126 NR. 1-6; LIEDEREN, GÜRA, BERNER

Beethoven: Bagatellen op. 128 nr. 1-6; ‘An die Hoffnung’ op. 32; ‘Lied aus der Ferne’ WoO. 137; ‘Zärtliche Liebe’ WoO. 123; ‘An die ferne Geliebte’ op. 98; ‘Adelaide’ op. 46; ‘Der Kuss’ op. 128; ‘Wonne der Wehmut’ WoO. 149; ‘Resignation’ WoO. 149; ‘An die Hoffnung’ op. 94. Werner Güra (t) en Chriistoph Berner (p). Harmonia Mundi HMC 90.2217 (63’13”). 2014 

 

Tot de omvangrijkste collecties liederen van Beethoven behoren de 6 cd’s met arrangementen van volksliederen uit Schotland, Ierland en Wales door diverse uitvoerenden (Brilliant Classics 94925) en de bijdragen van Dietrich Fischer-Dieskau en Jörg Demus (DG 463.507-2) plus die van Stephan Genz en Roger Vignoles (Hyperion CDA 67055). Dat waren alles baritonversies. Vreemd eigenlijk dat blijkbaar nog nooit een integrale opname van dit repertoiresegment is verschenen.

Aan de andere kant is dat niet zo verwonderlijk, want Beethovens liederen behoren tot het meest verwaarloosde deel van zijn oeuvre, hoewel zijn subtiele toonzettingen en zijn complexe pianopartijen de weg hebben geplaveid voor de bekendere opvolgers Schubert, Schumann en Brahms.

De opzet was heel breed en reikte van eenvoudige strofische liederen waarin het muzikale materiaal van couplet tot couplet wordt herhaald tot ambitieuze doorgecomponeerde liederen zoals An die Hoffnung.  

Voor de muziekuitgever Thomson uit Edinburgh maakte hij verder een niet te veronachtzamen reeks van ruim honderd volksliedbewerkingen.

Goethe was een van Beethovens geliefdste tekstleveranciers. De mooiste, heel persoonlijke prestatie als liederencomponist lever Beethoven natuurlijk  de cyclus van zes liederen An die ferne Geliebte op tekst van Jeitteles uit 1816.

Deze maakt ook deel uit van het recital van Genz en het is goed om weer eens een tenor aan het woord te horen, ditmaal met de zes Bagatellen op. 126 wat het liedaandeel wel beperkt tot twintig stuks. Wel mogen we tevreden zijn met de inbreng van pianist Christoph Berner die eerder onder andere al Güra terzijde stond in een Schuberts Schwanengesang (Harmonia Mundi HMC 90.1931), een Schubertrecital (Harmonia Mundi HMC 90.2112) en een Brahmsrecital (Harmonia Mundi HMC 90.1842), maar ook Genia Kühmeier in liederen van Dvorak (Harmonia Mundi HMC 90.2081), Anka Vondung in liederen van  Schreker, Schönberg, Zemlinsky, Berg en Mahler (AVI 8553313) en Marlis Petersen in een programma Spaanse liefdesliederen (Harmonia Mundi HMC 90.2050) begeleidde. Helaas alles niet in deze rubriek besproken moois….. 

Iemand als Berner imponeert, hij heeft zijn sporen verdiend en zorgt op zichzelf aangewezen voor een rijk geschakeerde voordracht van de zes Bagatellen waarmee hij herinneringen oproept aan de mooiste vroegere piano opnamen van onder meer Gould (Music & Arts CD 680), Brendel (Philips 446.934-2), Ashkenazy (Decca 436.471-2), Anderszewski (Virgin 502.111-2) en Ugorski (DG 435.881-2). Waarbij Berner het bijzondere voordeel heeft dat hij op een de begeleidingen en de soli op een Streicher fortepiano uit 1847 speelt die volmaakt geschikt is voor al deze miniaturen.

Los van al mijn uitweidingen hebben we hier met een feitelijk in alle interpretatieve opzichten zeer geslaagde opname te maken.