CD Recensies

BACH, J.S.: TRIOSONATES

Bach, J.S.: Triosonates voor orgel nr. 1 in Es BWV 525, 2 in c BWV 526, 4 in e BWV 528, 5 in C BWV 529 en 6 in G BWV 530. Barbara Erdner (v) en Henk van Zonneveld (org., kl). Egbertus EG 05 (70’30”). 2011

 

Algemeen wordt aangenomen dat Bach in 1727 zijn zes triosonates BWV 525/30 voor studiedoeleinden van zijn zoon Wilhelm Friedemann schreef en beginnende organisten hebben veel aan deze werken om hun speeltechniek te ontwikkelen. Wie deze werken vrijwel volmaakt wil horen, kan terecht bij organist Christopher Herrick op het Metzler van de St. Niklaus kerk in het Zwitserse Bremgarten (Hyperion CDA 66390) of naar Kay Johannsen ook op een Metzlerorgel, maar ditmaal in de stadskerk van Stein am Rhein (Hännsler 92.099).

Zij maken duidelijk dat deze muziek beslist niet alleen om te oefenen is, maar ook om te bewonderen en van te genieten.

Maar eigenlijk smeken deze sonates om een bewerking. En dat is waarvoor eerder al King’s Consort (Hyperion CDA66684) en London Baroque (BIS CD 1345) zorgden. King komt met barokhobo en oboe d’amore, London baroque houdt het bij louter strijkers.

Weer een andere, logisch weg kiezen barokvioliste Barbara Erdner en de afwisselend op kabinetorgel (Bätz koororgel Koepelkerk Purmerend) in sonates nr. 1, 2 en 4  en klavecimbel in nr. 5 en 6 spelende Henk van Zonneveld. Daar is veel voor te zeggen want de muziek hoeft bijvoorbeeld niet te worden getransponeerd.

Bachkenners zullen soms een feest der herkenning hebben omdat ze bepaalde thema’s uit andere werken van Bach kennen: deel 1 van BWV 528 van de cantate nr. 76 bijvoorbeeld.

De gevarieerde kleurvorming van deze hoogst stijlvolle, levendige en mooi verzorgde vertolkingen maakt dat de muziek ineens een andere dimensie krijgt. De muziek is zo vervuld van nieuw leven.