Bach, J.S.: Stirring stills, Bach voor altviool. ‘Adagio’ uit solovioolsonate nr. 1 in g BWV 1001; ‘Preludium’ en ‘Sarabande’ uit solocellosuite nr. 4 in Es BWV 1010; ‘Preludium’ uit solocellosuite nr.6 in D BWV 1012; ‘Andante’ uit solovioolsonate nr. 2 in a BWV 1003, ‘Sarabande’ uit solocellosuite nr.3 in C BWV 1009, ‘Sarabande’, ‘Gigue’ en ‘Chaconne’ uit solovioolpartita nr. 2 in d BWV. 1004, Sarabande uit solocellosuite nr. 5 in c BWV 1011). Esther Apituley (va). Challenge CC 72726 (60’35”). 2015
Wat moet het frustrerend zijn voor altviolisten dat Bach violisten, cellisten en gambisten zo rijkelijk bedacht met solowerken, maar de altviool haast ostentatief oversloeg.
De mooie, warme en mooi gevarieerde toon van Esther Apituley zijn in combinatie met haar levendige muzikale intelligentie meteen van voordeel in dit Bachprogramma. Het is vooral de moeite om de een octaaf naar boven getransponeerde cellobijdragen te horen. Apituley heeft een voorkeur voor gedragen sarabandes. Het ontbreken van de donkere sonoriteit van de cello ontdoet deze stukken van de nodige gravitas, maar bant ook de dreigende somberheid uit.
Belangrijk is eveneens dat zij een goede feeling toont voor de barokstijl en dat ze met een modern instrument en niet een barok altviool het juiste effect sorteert, zoals blijkt uit fraseringsdetails. Al met al bevrijdt ze de altviool van zin Assepoester syndroom en maakt ze er een sprookjesprinses van.
Antoine Tamestit voerde de hele vioolpartita nr. 2 uit op Ambroise AM 111; Tabea Zimmermann en Gérard Caussé behoorden tot de weinigen die eerder op Myrios MYR 003 en Blawete BLA 97003 de solocellosuites nr. 1 en 2 op altviool speelden.