Bach, J.S.: Orkestsuites nr. 1 in C BWV 1066, 3 in D BEWV 1068 en 4 in D BWV 1069; Ouvertures in C BWV 119R en in Bes BWV R.194R. Ensemble Zefiro. Arcana A 400 (77’00”). 2015
De gemiddelde muziekliefhebber zal gewoonlijk ‘de’ vier orkestsuites van Bach samen willen aanschaffen. Wat de Italiaans-Nederlandse hoboïst en dirigent Alfredo Bernandini bezielde om de derde suite weg te laten en zich tot één cd te beperken, weliswaar met iets ruimte voor extra’s, is een raadsel en ook heel jammer naar zal blijken. Of is een vervolg gepland?
Als geringe compensatie zijn daar wel de twee door Bernardini gearrangeerde cantatedelen, door hem ook Ouverture genoemd, uit nr. 119 Preise, Jerusalem, den Herrn en nr. 194 Hocherwünschtes Freudenfest. Goed voor respectievelijk 4’40” en 4’26” extra. Daarna was de cd vol.
Laten we hopen dat op deze uitgave het begin is van een een volledige opname van Bachs vier orkestsuites met mogelijk wat meer interessante extra’s.
Los van deze lichte teleurstelling valt er gelukkig veel te bewonderen. Bij Zefiro staan 2 altblokfluiten, 3 hobo’s, een fagot, 4 trompetten, drie eerste- en drie tweede violen, elk een altviool, cello, violine, pauken en klavecimbel ter beschikking voor de juiste vrij kleinschalige aanpak. In dit opzicht volgt de dirigent Helmut Winschermann die in de jaren zeventig v.e. ook dergelijke bewerkingen maakte.
Deze musici ageren frappant en vormen een barokensemble dat qua temperament uiterst geschikt is voor dit repertoire. Er wordt briljant, met de nodige ritmische variëteit, met contrapuntisch vernuft en een rijkdom aan kleuren gemusiceerd. Een zekere mate aan elegantie bepaalt de ritmische identiteit. Mooie versieringen ontbreken niet.
De bekende Air uit de derde suite klinkt ontwapenend als een verre schaduw van een mooi landschap op een door maanlicht en fonkelende sterren verlichte zomernacht.
Op zich nestelen deze verklankingen zich aan de druk bezette top van de vele, vele Bachsuite opnamen (zie meteen vernieuwde Vergelijkende discografie), maar met de aantekening dat hier dus de tweede suite met de fraaie fluitsolo ‘badinerie’ mankeert en deze opname daar niet is vermeld.