CD Recensies

BRAUNFELS: VÖGEL, DIE

Braunfels: Die Vögel op. 30. Helen Kwon (s.,    nachtegaal), Endrik Wottrich  (t., Goede Hoop), Michael Kraus (bs., Loyale vriend), Wolfgang Holzmair (b., Winterkoning), Matthias Görne (b., Prometheus) e.a. met het Berlijns omroepkoor en het Duits symfonie orkest o.l.v. Lothar Zagrosek. Decca 448.679-2 (2 cd’s, 2u. 18’46”). 1994

 

Het was niemand minder dan Bruno Walter die in 1920 de eerste opvoering dirigeerde van een ‘lyrisch fantastisch spel in twee aktes met voorspel en dialoog’ met de titel Die Vögel. Het allegorische werk is losjes gebaseerd op de bekende komedie van Aristophanes waarvoor Diepenbrock een ouverture schreef (Chailly op Donemus CV 50, Vonk op Chandos CHAN 8821).

Twee menselijke gasten – Loyale Vriend en Goede Hoop -  brengen een bezoek aan het koninkrijk der vogels om een luchtkasteel te bouwen tussen hemel en aarde om de rook op te vangen die op aarde ontstaat door altaarvuren om de goden te eren.

Maar de handeling daargelaten, gaat het hier vooral om een lang en prachtig liefdesduet voor de nachtegaal en Goede Hoop (en diens idealisme dat niet samengaat met de natuur). Het geheel speelt zich in een vrij naïeve, onschuldige sfeer af vol kinderlijke charme af. Dat blijkt ook uit het huwelijksfeest voor twee duiven dat wordt gevierd vlak voordat het kasteel wordt vernietigd met een ensemble van vijfentwintig vogels dat beide menselijke wezens begroet. 

Als Prometheus arriveert in de tweede akte slaat de sfeer om. Hij komt de vogels waarschuwen dat ze de macht van Zeus niet moeten onderschatten. Mild lieflijk is dan weer de sfeer wanneer Goede Hoop, wijzer geworden, naar de mensenwereld terugkeert, gesterkt met een zoen van de bekoorlijke nachtegaal.

Geen wonder dat het werk na de première nog wel vijftig opvoeringen beleefde. Maar daarna werd Braunfels helaas een slachtoffer van de Nazi richtlijnen over ‘entartete Kunst’ en werd zijn werk in de ban gedaan, hoewel de componist gewoon aan het Bodenmeer kon blijven wonen. Na W.O. II was nauwelijks van herleefde aandacht voor hem sprake, want nieuwe stromingen in de muziek eisten de aandacht op.

Maar in 1971 vond wel een opvoering in Karlsruhe  plaats en gelukkig volgde in 1994 deze opname. Daarin is Helen Kwong een geweldig mooie Nachtegaal mdet een heldere sopraanstem die tot in bijna stratosferische hoogten reikt en voor mooie coloraturen zorgt en de jonge Matthias Görne zorgt voor een dreigende Prometheus. De verdere solisten leveren ook goede prestaties en de leiding van Zagrosek is gelukkig eveneens overtuigend.

Er is ook een dvd van het werk met een opvoering uit Los Angeles o.l.v. James Conlon (ArtHaus 101.529).