Brahms: Strijksextetten nr. 1 in Bes op. 18 en 2 in G op. 16. Renaud Capuçon en Christoph Koncz (v), Gérard Caussée en Marie Chilemme (va), Gautier Capuçon en Clemens Hagen (vc). Erato 019029-588837-4. (76’49”). 2016.
Brahms heeft de reputatie van een nogal nors en zwaarmoedig componist gekregen, maar er was ook een kant van zijn persoonlijkheid die bijna zo zonnig was als die van Schubert. Deze kant is te horen in zijn twee orkestrale serenades, alsook in een paar serenadeachtige strijkerssextetten die hij componeerde in reactie op een vergelijkbaar en door hem bewonderd werk van Spohr.
Het tweede sexte, een zoetgevooisd werk met zelfs een wals als eerste deel, lijkt een uiting te zijn schuldgevoel over de manier waarop hij zijn vriendin Agathe von Sibold uit Göttingen had behandeld – de noten AGADH (in de Duitse notatie) zijn direct na het walsthema aanwezig.
Het heeft sinds Casals c.s. tijdens een Prades festival in 1952 (Sony SMK 58994) nooit ontbroken aan fijne opnamen van dit tweetal werken. Ook Yehudi Menuhin c.s. (EMI 763.531-2) zorgde een paar jaar later voor een bijzondere versie. Uitgaven van het Nash ensemble (Onyx ONYX 4019) en het Raphael ensemble (Hyperion CDA 66276) werden hier eerder gesignaleerd,
En nu is er dan het ad hoc groepje van zes rond de broers Capuçon dat tijdens het Provence festival samen kwam. Mensen die elkaar regelmatig tegenkomen om samen te musiceren en die elkaar goed kennen.
Geen van de zes heeft de neiging om zich op de voorgrond te dringen en zo ontstonden homogene vertolkingen van belangrijke persoonlijkheden die samen één doel nastreven: zo goed mogelijk recht doen aan beide werken. Dat doel is hier bereikt, waarmee en nieuw hoogtepunt is bereikt wat opnamen van deze werken betreft.