Byrd: Missen voor 3, 4 and 5 stemmen; Fantasieën in d MB. 46 en C MB. 25; Voluntary a 3. Cardinal’s musick o.l.v. Andrew Carwood en Patrick Russell (org). ASV GAU 206 (78’39”). 2000
Byrd: Missen voor 3, 4 and 5 stemmen; Ave verum corpus. Westminster kathedraalkoor o.l.v. Martin Baker. Hyperion CDA 68.038 (71’30). 2013
William Byrd (1543-1623) bleef zijn hele leven rooms katholiek, maar zijn geloof lijkt een loopbaan aan de Chapel Royal tijdens de heerschappij van de protestante Elizabeth I nooit te hebben geschaad. In 1593 echter, toen de wetten werden aangescherpt, trok Byrd naar een klein dorp in Essex, dicht bij het huis van Sir John Petre, zijn machtige mecenas, die zelf ook katholiek was.
Onder die omstandigheden wijdde de componist de rest van zijn leven aan het scheppen van katholieke liturgische muziek. Tussen 1592 en 1595b publiceerde Byrd drie toonzettingen van de Mis, voor drie, vier en vijf zangpartijen. Het zijn alle drie vrije missen, dat wil zeggen niet gebaseerd op eenstemmige gezangen of niet bestaande werken als model.
In plaats daarvan hebben deze missen de techniek van het zogenaamde ‘hoofdmotief’: elk deel begint met hetzelfde muzikale materiaal; de delen zijn het geijkte Kyrie, Gloria, Credo, Sanctus en Agnus Dei. Deze missen zijn relatief klein van opzet en waren ook bedoeld voor privédiensten.
Daarna ondernam Byrd een ander grandioos werk: een toonzetting van alle muziek die door het jaar heen in de kerk werd gezongen, voor zover niet al in de genoemde composities aan bod gekomen. Dit werd in twee delen gedrukt: de Graduale uit 1605 en 1607, ondanks het sterk anti katholieke klimaat na het buskruitverraad in 1605.
De eerstgenoemde opname is het vijfde deel uit een reeks van Byrds gewijde muziek door The Cardinal’s Musick en bevat alle drie de missen. Elk van de zangers behoudt zijn eigen individualiteit, waardoor de intieme en geheimzinnige sfeer van een privémis wordt geschapen.
De tweede opname biedt een heel andere ervaring na tijdenlang deze muziek kleinschalig - vaak met één stem per partij - te hebben gehoord. Het koor van de Westminster kathedraal beschikt hier namelijk over 22 jongenssopranen, 3 alten, vier countertenoren, 8 tenoren en en 6 bassen. Dat heeft natuurlijk niets van doen met de authentieke uitvoeringspraktijk. Zeker ook niet met de kleinschaligheid van de in het verborgene gehouden diensten waar deze muziek klonk.
Maar de realisatie klinkt wel prachtig, in de beste Engelse koortraditie met alle stemmen prachtig gemengd en een toch ook nog vrij slanke koorklank. Misschien niets voor puristen, maar wel heel fraai voor gewone muziekliefhebbers.