Brahms: Händelvariaties op.24; Ballades op.10 nr. 1-4. Nelly Akopian-Tamarina. Pentatone PTC 5186-677 (63’38”). 1995/6
Hoewel we nu op een met de modernste middelen gemaakte cd opname eindelijk kunnen kennismaken met de in 1941 geboren Russische pianiste Nelly Akopian-Tamarina die in de jaren 1960 wat opnamen voor Melodiya heeft gemaakt van Chopins Préludes en Schumanns Pianoconcert.
Wie haar levensloop bekijkt, zal zien dat daar enige tragiek en tegenslag aan ten grondslag liggen. Meer dan gestimuleerd, namelijk eerder door haar moeder gedwongen te presteren, speelde ze op haar negende in Moskou al pianoconcerten van Haydn, ging studeren aan een Moskou’s conservatorium en was onder andere studente van de ouderwetse Alexander Goldenweiser.
Na wat vroege successen eindigde haar geplande loopbaan nogal abrupt toen haar zusje met een Israëlische musicus trouwde en naar Israël wilde emigreren. Ze werd slachtoffer van KGB machinaties en mocht alleen nog in Siberische goelag kampen optreden.
Zodra dat mogelijk was, emigreerde ze naar Praag waar ze een gerespecteerde pianodocent was. Optreden in publiek bleek de eerste tijd niet mogelijk ten gevolge van zenuwkwesties, dus ging ze schilderen. Maar gelukkig kon ze op het podium terugkeren en dit is vermoedelijk een van de eerste getuigenissen van de herboren ster uit medio jaren negentig.
Dat haar spel getuigt van wijsheid en ervaring is geen wonder. Haar opvatting van de Händelvariaties is tegelijk virtuoos en poëtisch met de nummers 12 en 13 als hoogtepunten. In de Ballades klinkt iets van verdriet in het levensritme door. Maar bovenal horen we hier ook iets van de distinctie die de vertolking van Michelangelo zo kenmerkte (DG 457.762-2). Leg de Händelvariaties maar eens naast die van de ook heel goede András Schiff (Warner 2564-61762-2) om te ervaren hoe mooi Akopian deze speelt. Fijn dat Akopian gelouterd en in het volle vermogen van haar kunnen weer terug is in het internationale pianocircuit.