CD Recensies

BOCCHERINI: APOCRIEFE SONATES

Boccherini: Apocriefe sonates. Trio voor viool, altviool en cello in D op.14/4 G. 98 (bew.); Strijkkwartetten in c op.1/1, G. 159 (bew.), in G op. 44/4 G. 223; Strijkkwintet in C op. 50/5, G. 374 (bew.). Emilio Moreno (v) en Aarón Zapico (kl). Glossa GCD 920315 (60’04”). 2017

 

Kan Luigi Boccherini (1743-1805) met recht de grootste Italiaanse componist uit de klassieke periode worden genoemd? Ook al werkte hij het grootste deel van zijn leven in Spanje?

In elk geval behield hij dankzij zijn grote afstand van de toen toonaangevende Oostenrijks/Duitse trend zijn individuele stem van een verfijnde gratie.

Hij is vaak onderschat en werd wel ‘Haydns vrouw’ genoemd, maar er valt vel te waarderen in zijn expressieve stem. Hij componeerde zesentwintig symfonieën, een opera, diverse gewijde werken en meer dan driehonderd kwintetten,  kwartetten, en trio’s, was zelf een virtuoze cellist en componeerde elf celloconcerten. Maar zijn grootste verdienste zijn de strijkkwintetten met twee celli.

Weliswaar schreef Boccherini ook 6 Sonate per fortepiano con accompagnamento di un violino op. 5 G. 25/30, in 1989 vastgelegd door Franco Angeleri en Enrico Gatti (Tactus TC 74021201) en door Enrico Moreno en Jacques Ogg in 2000 (Glossa GCD 920306), maar omdat er in de tweede helft van de achttiende eeuw een grote behoefte bestond aan duomuziek werden van ettelijke kwintetten, kwartetten en trio’s bewerkingen gemaakt met een zo groot mogelijk behoud aan essentie.

Dat gebeurde onder het begrip apocrief (verborgen, niet authentiek) en is aardig gekozen voor dit recital met gereduceerde werken uit zij vroege Milanese en later Madrileense (vandaar de bijnamen La Tirana en La Seguidilla.

Misschien was het beter geweest om voor deze opname een mooie fortepiano in plaats van een goed klavecimbel te kiezen. Maar de vertolkingen van Moreno en Zapico zijn dermate alert en stijlvol, dat we makkelijk over dat bezwaar kunnen heenstappen.