Bach, J.S.: Cantates nr. 249 Oster Oratorium BWV. 249 en 11 ‘Lobet Gott in seinen Reichen’, Hemelvaartsoratorium BWV. 11. Yukari Nonoshita (s), Patrick van Goethem (ct), Jan Kobow (t), Chiuki Urano (bs) met het Bach Collegium Japan o.l.v. Massaaki Suzuki. BIS SACD 1561 (70’28”). 2004
Hemelvaartsdag 2018, 10 mei, is een goed moment om even te wijzen op Cantate nr. 11 van Bach die ook te boek staat als Hemelvaartsoratorium. Qua genre balanceert dit tweetal werken tussen een langere cantate en het oratorium. In de eerste versie van het Paasoratorium vervullen de solisten rollen als die van Magda Madalena en Petrus en trad in het Hemelvaartsoratorum een evangelist aan die dezelfde functie heeft als in de monumentale oratoria.
Beide werken zijn net als het Weihnachtsoratorium halve parodieën waarin gedeelten uit vroegere, soms wereldse werken van een nieuwe tekst zijn voorzien. Dat verklaart meteen de nogal feestelijke textuur van beide composities, de eerste geschreven voor de wederopstanding van Christus, de tweede voor zijn opname in de hemel.
In het eerste deel van het Osteroratorium wordt gebruik gemaakt van het thema ‘Erschallet, ihr Lieder’ met trompetten en pauken uit Cantate nr. 172 en de Hemelvaartscantate begint met koor en orkest die ‘God in zijn koninkrijken’ eren.
Van deze werken bestaan feitelijk geen mooiere uitvoeringen dan die van Suzuki waarin aan veteranen Yukari Nonoshita en Chiyuki Urano Jan Kobow en countertenor Patrick van Goethem zijn toegevoegd. Laatstgenoemde debuteert hiermee bij Suzuki.