CD Recensies

BRUCKNER: SYMFONIE NR. 8, JANSONS

Bruckner: Symfonie nr. 8 in c WAB. 108 (Fassung 1890). Symfonie orkest van de Beierse omroep o.l.v. Mariss Jansons. BR Klassiek 900165 (80’07”). 2017

 

Mariss Jansons kwam wat zijn opnamebeleid betreft pas vrij laat tot de symfonieën van Bruckner en begon in Amsterdam in het eerste decennium van 2000 met zijn opnamen van nr. 3 en 4 (RCO Live RCO 9002) en nr. 6 en 7 (RCO Live RCO 14005). In München nam hij daarna nogmaals nr. 7 op (BR Klassik 900100) en nu vervolgt hij met nr. 8.

Glenn Gould heeft ooit iets gezegd als: ‘In ieders leven komt een moment om al tijdens het ontbijt naar Richard Strauss’ Heldenleben te luisteren’. Zo had uw dienaar in 1958 een poosje de gewoonte om dan naar Bruckner 8  - en vooral het stampende scherzo daaruit - te luisteren om kracht voor een nieuwe dag op te doen. Dat betrof de eerste opname van Karajan op Engelse Columbia 1587 (2 lp’s).

Bruckners Symfonie nr. 8 is een van de grootste ‘van duisternis naar licht’ reuzen in de symfonische muziek sinds de Symfonie nr. 5 van Beethoven. Maar waar Beethoven eindigt met een welhaast razende bekrachtiging, heeft de brutale kracht van Bruckners einde ook iets kalmerends over zich. De samenkomst van de vier hoofdthema’s uit het werk is als iets onvermijdelijks, alsof dit echt het ‘antwoord’ is waarnaar het rusteloze begin op zoek naar gaat in zowel muzikale als spirituele zin.

De uiteindelijke affirmatie wordt nog indrukwekkender vanwege het feit dat de symfonie ook een paar heel duistere passages bevat, onder andere in de gespannen eenzame sfeer van het adagio en vooral ook in de grimmige doodsvisie als de ultieme horror in de coda van het eerste deel wanneer de hartslag van de muziek lijkt te stoppen. De inzet klinkt meteen bedaard magisch. Er is sprake van een diep inzicht in de contemplatieve gedeelten van het langzame deel en de vrij tere bespiegeling van het trio uit het scherzo.

Jansons geeft hier Bruckner alle ruimte, hoewel hij er in ruim tachtig minuten vrij vlot mee klaar is met als voordeel dat hij maar 1 cd nodig heeft. Zijn opvatting getuigt van veel levenswijsheid, klinkt heel natuurlijk en warm doorleefd. De uiteindelijke climax komt tot de luisteraar met de onverzettelijkheid van een naderende grote olietanker. Bovendien is het werk schitterend opgenomen en uitstekend uitgevoerd.

Zodat deze uitgave een plaatsje aan de top van de ranglijst dicht in de buurt van Wand (RCA 74321-82866-2), Karajan (DG 427.611-2) en Giulini (DG 445.529-2) waard is. Voordeel is de bezuiniging op een tweede schijfje.