Bartók: Sonate voor soloviool Sz. 117, BB. 124; Roemeense volksdansen nr. 1-6 Sz. 56, BB. 68 (bew. Reddig/Overlach); Bach, J.S.: Partita voor soloviool nr. 2 in d BWV. 1004. Nina Reddig en Miriam Overlach (hrp). GWK 142 (58’23”). 2018
Deze uitgave van de Duitse violiste Nina Reddig onder de psalmtitel De profundis, letterlijk ‘vanuit de diepten’ als een smeekbede is aardig als behoorlijk geslaagd bewijs van haar kunnen in twee essentiële solowerken, maar interessant door de bewerking van Bartóks 6 Roemeense volksdansen, die we kennen voor orkest, viool/piano, mandoline/piano, viool en gitaar, panfluit/orkest, fluit/gitaar, orgel, cello/accordeon, cello/piano, panfluit/harp, 2 gitaren, saxofoonkwartet, hobo en gitaar, blokfluit en slagwerk, hakkebord en gitaar, viool en cello, klarinet en piano, contrabas en piano. Maar nog nauwelijks voor viool en harp, behalve door Nemanja Radulovic en Marielle Nordmann (Transart TR 174). In die behoefte is nu geheel voorzien.