CD Recensies

BERLIOZ: GRANDE MESSE DES MORTS, GARDNER

Berlioz: Grande messe des morts op. 5 ‘Requiem’.  Bror Magnus Tødenes (t) met het Bergen Collegiûm mûsicûm, het Noordelijk muziekcollege koor, het Bergen filharmonisch koor en -orkest o.l.v. Edward Gardner. Chandos CHSA 5219 (80’54”). 2018

 

In 1837 gaf de Franse minister van binnenlandse zaken aan Berlioz de opdracht om een Requiem te schrijven voor een openbare ceremonie. Net als het Requiem van Verdi, is de Grande messe des morts geschreven door iemand die in religieuze zin ongelovig was.

Opvallend is dat het werk vrijwel uitsluitend voor groot koor en orkest is geschreven. Er is slechts één solist, een tenor, en die treedt slechts in één deel op. Verder is het werk wel vergelijkbaar met Beethovens Missa solemnis wat de dynamische extremen betreft. Verder heeft het een omvangrijke schaal, met het opvallende gebruik van vier in e hoeken van de zaal geplaatst koperfanfares in het tuba mirum om kracht bij te zetten aan de dag des oordeels. Het zorgt voor een heel theatraal moment. Maar er valt veel meer te bewonderen inn dit groots opgezette werk dat ook een moment van kalme bezinning heeft in het Quaerens me gedeelte waarin onbegeleid wordt gezongen.

Na het horen van dit Requiem bestempelde Heine Berlioz als ‘een kolossale nachtegaal, een nachtegaal met het formaat van een adelaar’.

Temidden van een aantal beschikbare opnamen was die van Colin Davis (LSO 0729) de tot nu toe beste, op enige afstand gevolgd door Bernstein (Sony SM2K 47526, 395.92265-2) en Dutoit (Decca 458.921-2).

En nu zorgt Gardner, die het werk op 1 prachtig klinkende cd weet onder te brengen voor een waardige opvolger waarin hooguit Bror Magnus Tødenes iets dramatischer had mogen zijn, maar waarin de dirigent wel d e vereiste kracht en gekweldheid naar voren brengt. Het massale ‘Dies irae’ is een hoogtepunt en er is niet alleen aandacht voor het sombere, maar ook voor het optimistische van deze compositie.