Buxtehude: Membra Jesu nostri Bux WV. 75. Maria Keohane (s), Hanna Bayodi (s), Carlos Mena (ct), Jeffrey Thompson (t), Matthias Vieweg (bs) met het Ricercar consort o.l.v. Philippe Pierlot. Mirara MIR 444 (79’18”). 2018
Met Membra Jesu nostri schreef Dietrich Buxtehude in 1680 een reeks van zeven cantates waarin hij telkens een lichaamsdeel van Jezus aan het kruis beschrijft: voeten, knieën, handen, zijkant, borst, hart en gezicht.
Het is een opmerkelijk, aan zijn Zweedse collega Gustav Düben opgedragen werk waarin bijbelteksten worden gecombineerd met fragmenten uit Rhytmica oratio, een verzameling van aan Bernard de Clavaux toegeschreven hymnes over de lichaamsdelen van Jezus.
De cantates hebben alle dezelfde structuur en beginnen met een inleidende Sinfonia, gevolgd door een dictum (bijbelcitaat) in de vorm van een concertje voor drie tot vijf stemmen, 3 aria’s voor 1-3 solostemmen en b.c. met instrumentale ritornelli, waarna het dictum wordt herhaald.
Muziek met een sterk verinnerlijkte expressie, die niet per se voor uitvoering in de kerk is bedoeld. Aan het werk zijn enige Italiaanse invloeden niet vreemd.
Philippe Pierlot zorgt voor een van de betere uitvoeringen van het merk, beschikkend over goede krachten met het juiste stilistische inzicht en ieder zweem van theatraliteit vermijdend. To de hoogtepunten behoort een zuiver geïntoneerd en van stevige dissonanten voorzien ‘Quid sunt plagae; uit de derde cantate ‘ad manus’ met Seufzer en al.
Een geduchte rivaal voor Ton Koopman die zich wat meer vrijheden gunt. (Challenge CC 72255).