Busch, A.: Duo voor klarinet en viool mr. 1 in Bes op. 26a; Suite in F voor klarinet viool, altviool en cello op. 62a; Bagatellen nr. 1-7 voor klarinet, atlviool en cello op.53a; Serenade in A op. 53b voor soloklarinet; Variaties op een oorspronkelijk thema voor klarinet en strijkkwartet in F op. 53c; Romance voor klarinet, 2 altviolen en 2 celli op. 53d; Humoreske in A voor klarinet, trompet, altviool en contrabas BoO. 15. Bettina Beigelbeck (kl), Yasushi Ideue (v), Ayu Ideue (v), Aureli Blaszczok (v), Dorothea Funk (va), Wolfgang Wahl (va), Gabriela Bradley (vc), Paula Valpola (vc) Karl Jackl (cb), Roland Kopp (tr). Toccata TOCC 0085 (75’26”). 2012
Busch, A.: Divertimento voor klarinet, hobo en althobo op. 62b; Klarinetsonate in A op. 54; Suite voor soloklarinet in d op. 37a; Duo nr. 2 in Bes voor klarinet en viool op. 26b en ‘Duitse dansen’ op. 26c uit Hausmusik; Canons voor 3 stemmen nr. 1-5 BoO. 60. Bettina Beigelbeck (kl), Antoine Cottinet (h), Peter Hristov (h, alth), Yasushi Ideue (v), Paula Valpola (vc) en Manfred Kratzer (p). Toccata TOCC 0293 (76’28”). 2015
Adolf Busch (1891 - 1942) was primair violist en oprichter plus aanvoerder van het begin twintigste eeuwse fameuze Buschkwartet. Maar hij componeerde ook en bracht het tot ongeveer zeventig van een opusnummer voorziene werken plus een aantal dat van een BoO. nummering is voorzien. Een behoorlijk aantal van zijn kamermuziekwerken is geschreven voor klarinet.
In zijn jonge jaren had hij veel bewondering voor Reger, maar dat liet nauwelijks sporen na in zijn eigen stijl en werk. De hier opgenomen werken met de hoofdrol voor de klarinet ontstonden in alle fasen van zijn leven. Dat begon zo ongeveer in 1907 met de Humoreske voor de merkwaardige bezetting klarinet, trompet, altviool en contrabas en eindigt in 1944 met de wat grootschaliger Suite voor klarinet viool, altviool en cello. Daartussen komen de Duo’s uit 1921, de Serenade en de Bagatellen uit het midden va de jaren dertig.
De stijl is in het algemeen nog laatromantisch met trekjes van de oude Brahms, de jonge Richard Strauss en soms met een blijk van het neoclassicisme van Hindemith. Een grote dieptewerking heeft het allemaal niet, maar de harmoniek is mooi, de structuur helder en de uitvoerenden doen erg hun best om er wat moois van te maken. Dat lukt aardig zodat we naar charmante, soms even humoristische muziek kunnen luisteren.