Bruch: Concert voor 2 piano’s en orkest op. 88a; Ouverture Die Loreley op. 16; Adagio appassionato voor viool en orkest in cis op. 57; Concert voor klarinet, altviool en orkest in e op. 88. Resp. Oliver Schnyder en Julia Kociuban (p), Berfin Aksu (v) en Ecesu Sertesen (kl) en Kyoungmin Park (va) met het Weens omroeporkest o.l.v. Howard Griffiths. Sony 190758-945-2 (60’08”). 2018
In zijn lange loopbaan als componist en dirigent was Max Bruch (1838 - 1920) met zijn in de traditie van Schumann en Brahms heel productief en ook zeer bekend. Maar zijn populariteit brokkelde in de loop der tijd langzaam af, net als tegen het einde van zijn leven met de inspiratie het geval was wat af (maar nog niet toen hij de hier bijeengebrachte erken schreef) en de meeste muziekliefhebbers van nu zijn alleen nog vertrouwd met ‘het’ Vioolconcert (nr. 1).
Maar er valt veel meer laatromantisch moois van hem te ontdekken, zoals ook deze uitgave weer aantoont aan de hand van de Ouverture voor de opera Loreley (1861) die compleet is opgenomen door Stefan Blunier (CPO 777.005-2), het Adagio appassionato (1891) en de beide dubbelconcerten (1911), waarvan dat met klarinet was bedoeld voor zijn zoon Max Felix en dat voor 2 piano’s bestemd was voor een Amerikaans duo.
Al deze werken bieden de solisten gelegenheid om zich muzikaal te ontplooien en profiel te scheppen. Ook al behoren ze niet tot de wereldtop kwijten de vijf hier actieve solisten zich opmerkelijk goed van hun taak en begeleidt het orkest levendig.