Boismortier: Sonates à violon seul avec la basse op. 20 nr. 1-6.  Olivier Brault (v), Dorothea Ventura (kl) en Mélisande Corriveau (vc). Analekta AN 28769 (65’). 2018

Joseph Bodin de Boismortier (1691 - 1755) was een van de meest productieve Franse barokcomponisten die met zijn vele composities een geduchte marktpositie verwierf zodat hij zich nooit aan een hof of maecenas te verbinden. Dat gaf hem de vrijheid om te schrijven wat hij wilde.Net als Telemann in Duitsland schreef hij de meeste werken voor viool en fluit, maar ook voor andere instrumenten die destijds in de mode waren.

In sommige kringen werd zijn muziek oppervlakkig en al te gemakkelijk gevonden. Dat leidde tot een spotliedje met de zin: ‘Fortuinlijke Boismortier, wiens vruchtbare pen moeiteloos elke maand voor een nieuwe hoeveelheid muziek zorgt’.

Het was o.a. fluitist Jed Wentz die zich in 2015 met cellist Job ter Haar en klaveciniste Cassandra Luckhardt voor de fluitcomposities inzette (Brilliant Classics 95366 (3 cd’s). 

Voor de Vioolsonates gebeurt dat nu door Sonate 1704 van barokviolist Olivier Brault, Dorothea Ventura (kl) en Mélisande Corriveau (vc). Dat jaartal 1704 slaat op de datum waarop de eerste Franse Vioolsonates van François Duval werden gepubliceerd.

Bodin de Boismortier volgde in 1727 toen zijn opus 20 werd gepubliceerd. Het blijken sonate =s re zijn met een als zo vaak Italiaanse achtergrond, maar ook met zeer Franse inbreng van figuraties, ritmische verscheidenheid, versieringsmogelijkheden en uiteraard Franse dansvormen als de loure, gavotte, passepied en sarabande.

Er bestaan slechts drie kopieën van deze werken en het is mede de verdienste van Olivier Brault dat hij er eentje tot klinken brengt. Ze vormen ook een goede barometer van de publieke muzieksmaak in die tijd.

Het drietal musici van Sonate 1704 speelt deze muziek zo geanimeerd, helder en stijlvol dat ze op hoog niveau worden gebracht en het vooroordeel dat Boismortier alleen maar gemakkelijke en gemakzuchtige muziek schreef  naar de prullenbak verwijst.