CD Recensies

BACH, J.S.: WEIHNACHTSORATORIUM, SCHWARZ

Bach, J.S.: Weihnachtsoratorium BWV. 248. Dorothea Mields (s), Elvira Bill (ms), Patrick Grahl (t., evangelist), Markus Schäfer (t., aria’s) en Klaus Hager (bs) met het Leipzigs Thomaskoor en het Gewandhausorkest o.l.v. Gotthold Schwarz. Accentus ACC 30469 (2 cd’s, 2u., 24’15”). 2018

De periode van het midden der jaren 1730 was voor Bach in Leipzig een tijd van consolidatie. Hij had diverse cycli van cantates voltooid, evenals veel kerkelijk en seculier werk. De reeks van zes cantates die samen het Weihnachtsoratorium vormt, geeft blijk van zijn aandacht voor het nageslacht.

Bach componeerde nieuwe recitatieven en koralen en leende bestaande aria’s en koren uit bestaande wereldse cantates, waarbij hij uiterst kundig nieuwe woorden op bestaande muziek paste. Hier toont hij dat hij dat hij alle muzikale stijlen uit zijn tijd beheerste, van Italiaanse weelderigheid en Franse pastorale sereniteit tot een eigen Lutherse afsluiting die met een verwijzing naar de Passiekoralen herinnert aan Christus’ weg naar het kruis.

Vroegere vertolkers lukte het vaak minder goed om de verhaallijn gedurende het hele werk vast te houden, misschien vanwege de grote muzikale diversiteit.

Op vele opnamen van het werk zijn authentieke instrumenten gebruikt. Gotthold Schwarz voert als huidige, late opvolger van Bach als Thomascantor het werk gewoon met het Gewandhausorkest uit. Wie op zo’n vertolking staat, kan het beste bij Suzuki (BIS CD 941/2) en Rilling (Hännsler 92.076) terecht.

Maar wat is het Kerstverhaal zonder zijn rustieke eenvoud? Waar zou Kerstmis zijn zonder kinderen en waar zou Bachs muziek zijn zonder het geheel manlijke koor waarvoor hij het schreef? Dit alles en nog veel meer maakt deze nieuwe uitgave van Gotthold Schwarz een bron van veel luistergenot. Van de knapperende pauken in het beginrefrein tot de aangename, natuurlijke tempi in het hele stuk en de mooie solo in het slaaplied ’Schlafe, mein Liebster’ uit de Cantate nr. 2.